maandag 18 november 2013

Nieuwe liefde

Hij is grappig.
Hij is intelligent.
Hij is muzikaal.
Hij is dramatisch.
Hij is voor rede vatbaar.
Hij is sexy.
Hij is spannend.
Hij is geweldig.

De speech die hij in september aan de universiteit van Perth gaf, was het eerste wat ik van hem zag. Vervolgens zag ik Rock and Roll Nerd, een documentaire uit 2008 waarin hij van een aardige en ietwat verlegen beginnende comedian verandert in een rock-ster/comedian/componist/acteur. Daarna ben ik verdwaald in het eindeloze (maar helaas toch beperkte) aanbod filmpjes op youtube. Ik leef in de wereld van Tim Minchin, en ik wil er voor altijd blijven.

Telkens weer sta ik versteld van de combinatie van zijn muzikaliteit en de met intelligente boodschappen doordrongen grappen en liedjes. Zowel de klanken als de inhoud raken me. Het liefste wil ik dit alles voor me houden, zodat zijn wereld van mij blijft. Maar eigenlijk is hij best wel bekend, en ik ontdek nooit als eerste iemand. Dus verander ik in een volger en verkondig ik het evangelie van Minchin.

Mijn vrienden rollen met hun ogen als ik met mijn verhalen kom. Mijn enthousiasme en toewijding vinden geen aansluiting. Uit vriendschap kijken ze naar wat ik ongevraagd onder hun neus duw, maar ze geloven me niet. Ze kennen mijn zendingsdrang, of de niet aflatende toewijding waarmee ik me met alle liefde en energie op nieuwe ontdekkingen stort. En aangezien ze zich voorheen al verwonderden over mijn fascinaties, doen ze dat nu ook weer.

Dus verblijf ik alleen in de wereld van Tim Minchin. Waarin god en jezus geen taboe zijn, waarin zoete slaapliedjes lang niet zo lief blijken te zijn, waarin niets zomaar wordt aangenomen, en waarin liefde en betrokkenheid en humor de boventoon voeren. Mocht je me zoeken, dan zit ik hier.
 






donderdag 3 oktober 2013

Wat nu?

Waarom zou je je baan opzeggen? Je had het toch naar je zin? Waarom laat je je bestaande zekerheden achter je en stort je in een avontuur dat slechts door onduidelijkheid geleid wordt? Maar wát dóe je dan nu precies? Wat wíl je dan doen? Hoe ga je dat dan aanpakken? Wat zijn je plannen dan precies? En… hoe verdien je nu dan geld?

Het zijn een paar van de vragen die ik sinds februari van bekenden en onbekenden krijg. Onbekenden kan ik meestal snel afleiden door te vragen naar hun eigen werk/baan/levensinvulling/hobby’s. Bekenden zijn moeilijker op andere gespreksonderwerpen te brengen. Zij willen het naadje van de kous weten, proberen zich voor te stellen waar ik mee bezig ben en schieten dan in een stressaanval die weer op mij terug slaat.
Want mijn eerlijke antwoord is dat ik het ook niet zo goed weet. Dat ik zoek, en dat ik wíl, maar dat ik niet altijd weet wat en hoe en waar. Dat ik heel veel zin had in iets anders, maar dat ik niet weet hoe dat anders er precies uit moet zien. Maar ‘het niet precies weten’ is geen antwoord in een wereld die geregeerd wordt door de economische crisis, smeltende poolkappen en dreigende oorlogen. Er zijn al teveel onzekerheden, waarom zou je er nog meer creëeren?

Het invullen van een nieuw bestaan is niet gemakkelijk. Niet stressloos. Niet relaxed. Maar juist dat vacuum dat ontstaat wanneer vastigheden wegvallen, zorgt voor nieuwe ideeën, nieuwe plannen. Ik moet weer wennen aan het feit dat in principe ‘alles’ mogelijk is. En dat ikzelf, en niet mijn postvak in, bepaal hoe mijn dag er uit komt te zien.
Natuurlijk moet er geld verdiend worden. Moeten rekeningen worden betaald. Maar gelukkig zijn de rekeningen relatief gering, net als het geld. Dus dat heft elkaar vooralsnog op, en blijft er tijd over. Tijd om uit te zoeken 'wat nu'.

Dat ik niet de enige ben in deze situatie wist ik natuurlijk al langer. Aanstaande maandag (7 oktober) laat Tegenlicht zien hoe ‘mijn generatie’ zich handhaaft in “deze crisis en hoe deze vormt die hen in een leeftijdsfase die in het teken staat van carrière maken, een gezin stichten en over de toekomst nadenken?” Iedereen die mij bovenstaande vragen gesteld heeft moet misschien Tegenlicht kijken, dan praten we daarna verder.



woensdag 5 juni 2013

Blij

Ik schreef al eens over hoe de muziekdocumentaires altijd het hoogtepunt van mijn jaarlijkse IDFA avontuur zijn. Afgelopen jaar paste er echter geen enkele muziekfilm van mijn verlanglijstje in mijn nogal strakke schema. Ze moesten het afleggen tegen films over de financiële crisis, Afghanistan en andere vreselijke onderwerpen.

Dus zo miste ik onder andere Big Easy Express, waar ik op een later tijdstip meer dan ongelofelijk blij van werd. Stel je voor: drie (best wel bekende) folkbands, in een trein, door Amerika.

Het is zo simpel. En zo leuk. En fijn. Na zelf de V.S. van oost naar west en van west naar oost over land te hebben doorkruist, ben ik dol op films waarin dit gebeurt.

De bands: Edward Sharpe and the Magnetic Zeros, Old Crow Medicine Show en Mumford & Sons.
De reis: van San Fransisco naar New Orleans.
De muziek, de trein, de drank en de luchten.

Meer heb je niet nodig om heel blij te worden en zo snel mogelijk je biezen te pakken om reizend muzikant te worden. Tot die tijd, en in afwachting van het begin van de zomer (zelfs nu de zon eindelijk wil schijnen), is het raadzaam om de film te bekijken. Dan weet je vast wat je te wachten staat als je zelf op pad gaat.


vrijdag 24 mei 2013

Oproep!

Ik probeer al dagen de juiste woorden te vinden om de mensen die daadwerkelijk mijn blog lezen over te halen, indien dat nog nodig is, om zich morgen (zaterdag) aan te sluiten bij het wereldwijde proces tegen Monsanto. In mijn hoofd hoor ik de kritische stemmen van vrienden die zich afvragen waarom ik me weer ergens druk over maak en ik zie mijn vrienden met kinderen voor me, die op zaterdag eindelijk tijd hebben om het huis aan kant te krijgen en de wekelijkse boodschappen te doen. Ik begrijp hun drukte vraag me af: hoe leg ik hen het belang van dit protest uit?

Door uit te leggen wie of wat Monsanto is?
(Een giga multinational uit de VS die ooit begon als producent van chemische wapens (o.a. Agent Orange), en zich de laatste twintig tot dertig jaar op genetisch geproduceerde landbouw richt.)

Door uit te leggen waarom hun werkwijze op zoveel verschillende fronten fout is?
(-Boeren moeten jaarlijks nieuwe zaden kopen, en mocht een individuele boer per ongeluk Monsanto zaden op zijn velden krijgen, dan moet hij hen alsnog eigendomsrechten betalen. 
- De genetisch gemanipuleerde zaden van Monsanto kunnen alleen verbouwd worden in combinatie met een zwaar giftig bestrijdingsmiddel, Roundup, dat alles om zich heen vernietigt en heel schadelijk is voor mens en natuur.
- Genetisch gemanipuleerd voedsel werd in eerste instantie ingezet voor veevoer - en leidde toen al tot misvormingen, ziektes etc - maar wordt nu ook voor menselijk voedsel gebruikt, met bijkomende 
ziektes.)

Door te vertellen over de macht van multinationals, en de Europese Unie, die in dit geval niet het belang van haar burgers voorop stelt?
(Na jaren van lobbyen door Monsanto en Amerikaanse diplomaten wil de EU, los van alle onderzoeken en studies over de effecten van genetisch gemanipuleerd voedsel, een wetsvoorstel doordrukken waardoor alle zaden die in Europa gebruikt worden, door de EU goedgekeurd moeten worden. Dit betekent dat veel Europese rassen zullen verdwijnen en dat het op den duur strafbaar word om zaden te ruilen met je buurman.)

Door uit te leggen dat het langzaam toch echt tijd wordt dat we met zijn allen wakker worden, opstaan, en onze overheden laten weten dat wij, het volk, de burgers, ook een mening hebben. En dat daar, zoals dat hoort in een democratie, naar geluisterd dient te worden?

Bij iedere schrijfpoging zakte de moed weer in mijn schoenen. Wie ben ik, om dit enorme onderwerp aan te snijden en er voldoende objectieve informatie over te geven, zodat mijn vrienden hun drukke leven even stil zetten en voor een een groter goed willen strijden? Al lezend over en kijkend naar alle informatie die online te vinden is, realiseerde ik me dat anderen het al lang en beter beschreven of verfilmd hebben. Dus waarom zou ik dat wiel opnieuw uitvinden? (Zo komen bovenstaande quotes van de March against Monsanto Amsterdam Facebook Pagina.)

Bij deze dus een oproep: neem de tijd, en surf eens een beetje rond online. Lees, klik op filmpjes, en word een beetje wijzer over de wereld waarin we leven. Als je dan nog steeds geen noodzaak ziet, doe dan vooral niets. Maar als je opeens een vervelend opgewonden gevoel voelt, een gevoel van ongeloof, boosheid en de wil om actie te ondernemen, doe dan iets. Wees een kolibrie in een brandend bos (zie het tweede filmpje).

Ter inspiratie een filmpje over Rachel Parent, die gelooft in wat ze doet...

Word wakker!


 







donderdag 16 mei 2013

Afghanistan

Het was juli 2002, ik vloog na acht maanden te hebben gereisd met een zwaar hart terug naar Europa. Hoewel ik klaar was met het steeds in en uitpakken van mijn spullen en vooral met het slepen met mijn rugzak, wilde ik de wijde wereld nog niet verlaten. Die eerste reis smaakte naar meer, en ik kon niet wachten om andere plekken te ontdekken. De wereld schoof langzaam onder me voorbij, terwijl ik met mijn neus tegen het raampje gedrukt nieuwe bestemmingen zocht.
We vlogen over bergen. Eindeloze bergen, kaal en droog, zonder ook maar iets van bos of water dat de bruine aarde bedekte. Ik keek op het vliegschema om te zien waar we vlogen: Afghanistan.

Sinds die vlucht, dat moment van verbazing over de omvang van zoveel niets, en de wetenschap dat in dat niets een hele bevolking leefde, wil ik er naar toe. Nu deed ik mijn ontdekking een paar maanden na de Amerikaanse inval in hun zoektocht naar Al Qaida, wat een spoedig bezoek enigszins belemmerde, en dat waarschijnlijk nog wel een tijdje zal doen.

In de tussentijd blijf ik gefascineerd door het land en de mensen en kijk ik met verbazing naar reportages en documentaires die daarover gemaakt worden. Zo is er nu een nieuwe serie, van journaliste Natalie Righton, die in 2010 naar Afghanistan vertrok om van binnenuit verslag van de situatie te doen. Hoewel duidelijk is hoe gevaarlijk het is om daar momenteel als westerse vrouw rond te lopen, voedt haar verhaal ook mijn verlangen.
Ooit. Ooit ga ik het zelf zien.



woensdag 8 mei 2013

Online vriendschap

Steeds als ik in het buitenland ben, besef ik weer hoe bijzonder vriendschappen zijn. De afwezigheid van mijn vrienden maakt mijn dagelijkse leven een stuk rustiger, en saaier. Ik realiseer me hoe hun aanwezigheid me normaal inspireert en voedt en hoe fijn het is ze om me heen te hebben.
Nu is het tegenwoordig praktisch onmogelijk om níet in contact te blijven, met dank aan de sociale media en het internet die alle afstanden relatief maken. Ik chat dagelijks met vrienden op Facebook, Skype minimaal eens per week met vriendin A. en mail regelmatig met M. over de Belangrijke Zaken Des Levens.

De laatste jaren heb ik - en ik ben vast niet de enige - vaak discussies over de online versus de wereldlijke vriendschappen. Als voorstander en gebruiker van sociale media vind ik het geweldig dat ik op een simpele manier op de hoogte blijf van andermans doen en laten, ook als ik mensen niet zo vaak zie. Naar mijn mening doet het verder ook geen afbreuk aan de waarde of echtheid van vriendschappen, maar biedt het vooral de mogelijkheid om vriendschappen te laten bestaan die anders wellicht geen kans op overleven hadden gehad. Er zijn mensen die ik helemaal niet zo goed ken, die ik op reis ontmoet heb en die ik in mijn dagelijkse leven praktisch nooit zie, maar die ik toch als dierbare vrienden beschouw.


Zoals mijn vrienden Sam en Heinrich, die mij elf jaar geleden een lift gaven in Nieuw Zeeland, en die ik sindsdien zo'n vier keer op verschillende plekken in de wereld gezien heb. Ik weet niets van hun dagelijkse leven, hun favoriete restaurants of de namen van hun ouders, ik weet niet eens hoe hun huis er nu uit ziet. Maar ik weet wie ze zijn, wat ze doen, waar ze wonen. Ik weet dat ze een hond hebben, en katten, en dat ze van reizen houden en dankzij Facebook zie ik flarden van hun leven voorbij komen. Elk weerzien voelt vertrouwd, alsof we elkaar gisteren nog zagen. Dat komt enerzijds door de sociale media, en anderzijds omdat ze gewoon heel leuk zijn en onze vriendschap blijkbaar geen wekelijkse updates nodig heeft. En de wetenschap dat deze twee heren aan de andere kant van de wereld hun leven leiden, en ook een deel van mijn leven zijn, hoe klein dan ook, vind ik bijzonder.



Overigens heeft de Amerikaan Paul Miller afgelopen week na een jaar lang offline te zijn geweest de online wereld weer opgezocht en trekt hij bijzondere conclusies over de voor- en nadelen van ons online leven.


zondag 28 april 2013

Economische bijscholing

De economische crisis is Big Business, en dan niet alleen voor banken en bedrijven. In de afgelopen jaren zijn er ontelbaar veel documentaires en films gemaakt die ofwel een poging doen een aspect van de crisis te verhelderen, of een dramatische invulling geven aan de onpersoonlijke verhalen die dagelijks ons leven binnen komen.

In mijn IDFA aantekeningenboekje, zijn de meeste pagina's gewijd aan documentaires over de crisis. Waar ik op andere plekken nog in het donker aantekeningen probeer te maken over mooie shots of manieren om te interviewen, lukt het me bij deze films alleen maar om de enorme brei aan feiten op te krabbelen, in de hoop er na afloop nog enigszins uit te komen. Hier en daar staat nog een opmerking als 'mooie graphics' of ' hij kijkt buiten het frame', maar het zijn toch voornamelijk opsommingen van getallen en jaartallen met bijbehorende rampzalige feiten. Standaard staat er ook bij iedere film iets in de trant van 'hier moet ik veel meer over lezen', en 'ik heb echt geen idee meer waar dit over gaat' (halverwege een film genoteerd).

Nu ik in de gelegenheid ben om mijn aantekeningen van IDFA 2012 uit te werken in mijn nette boekje, kom ik ook weer achter al mijn voornemens om me meer te verdiepen in dit onderwerp. Zo wil ik een aantal films opnieuw zien: I.O.U.S.A (uit 2008!), Enron (2005), Four Horsemen (2011) en natuurlijk Oscarwinnaar Inside Job (2010). Maar ik ga ook het blog dat Joris Luyendijks in de Guardian schrijft en de blogs van Ewald Engelen lezen.

Wie weet leidt dat alles weer tot een beetje meer kennis en begrip over de situatie waarin we ons bevinden. Ik sta open voor meer suggesties, dus kom maar op!


zondag 21 april 2013

Naïef

Drie weken geleden stond Facebook vol met lovende opmerkingen over de Tegenlicht aflevering De Tax Free Tour, over belastingparadijzen, de off-shore economie en hoe bekende en onbekende multinationals hun winsten weten te vermenigvuldigen. Grote verontwaardiging alom, over de rol die Nederland hierin blijkt te spelen, en veel lovende woorden over de dappere documentaire makers en sprekers in de film. En een plotseling realisatie, zo leek het haast, over onze favoriete bedrijven (Apple, Starbucks, Amazon) die, nu ze indirect via ons hun belasting kunnen ontduiken, echt slecht blijken te zijn.
Hun andere praktijken; de situatie van hun medewerkers in andere landen, of hun producten daadwerkelijk zo 'fair' zijn als ze zelf beweren en de exorbitante bedragen die ze vragen voor het simpele feit dat hun logo op een product staat, al die dingen hebben ons er niet van weerhouden hun producten te kopen, maar daar komt nu verandering in!

Laat ik vooral eerst de hand in eigen boezem steken: ook ik ben lichtelijk verslaafd aan de 'oogstrelende producten van Apple'. Starbucks laat ik links liggen, net als Amazon, maar: ja, ik doe ook mee aan de hypocrisie van deze tijd, waarin we onze verontwaardiging zelden daadwerkelijk aan acties koppelen.

Toen ik echter een paar dagen voor de bewuste Tegenlicht documentaire me uitliet tegenover een vriend over de onrechtvaardigheid van deze wereld, noemde hij me naïef. Dat was toch allemaal geen nieuws? En mocht alles ooit een keer genadeloos ten onder gaan, zoals ik in mijn tirade had geopperd, dan verschilde dat toch niet van andere grote Rijken, die lang lang geleden hetzelfde lot waren beschoren? En ik begreep waarschijnlijk net zo weinig van de economische crisis als hij, en al die slimme mensen die ons ooit hierin hadden gemanoeuvreerd zouden ons er ook vast weer uit manoeuvreren. Dus waar maakte ik me toch zo druk over?

Zijn ietwat neerbuigende opmerking over mijn naïviteit zette me aan het denken. Is het echt belachelijk om je druk te maken over de grotere systemen, omdat je er niet direct iets tegen kan doen? Is het naïef om te hopen dat er verandering kan komen in vastgeroeste patronen? De reacties op de Tegenlicht aflevering gaven me weer nieuwe hoop. Hoe meer we horen, hoe bozer we worden, en misschien komt er dan ooit een moment dat we daadwerkelijk onze verontwaardiging koppelen aan acties en geen nieuwe apple meer kopen.
Tot dan blijf ik naïef, en hoop ik van harte dat mijn Mac niet binnenkort kapot gaat en mij voor een vreselijk dilemma stelt.


donderdag 4 april 2013

Stress

Afgelopen week besprak ik met een fysiotherapeut de pijn die ik al geruime tijd aan mijn onderrug voel, die zo heftig kan zijn dat ik niet weet hoe ik mijn lijf in een nieuwe positie moet manoeuvreren, en die soms dagen of weken lijkt te zijn verdwenen. De fysio vroeg of ik last van stress had?

Ik probeerde licht nonchalant mijn schouders op te halen; ach dat viel wel mee. Ja, de laatste maanden had ik wat meer stress, omdat ik in tijden van crisis door mijn eigen toedoen zonder baan zou komen te zitten, en ja, daarvoor had ik wel wat stress op mijn werk. Maar ach, zo erg was het allemaal niet. Achteraf realiseerde ik me echter dat mijn luchtige gedrag een beetje misplaatst was. Want het uitzicht op een nieuwe, onbekende toekomst veroorzaakt meer stress dan ik zou willen, maar valt in het niet bij de stress die ik de afgelopen jaren op mijn werk heb gehad.

Dit zeg ik niet om medelijden op te wekken. Wat me eigenlijk vooral verbaasde is dat ik me niet echt gerealiseerd heb hoeveel stress ik vaak voel en gevoeld heb. Pas toen de stress op mijn werk met regelmaat tot ruzies thuis leidde, realiseerde ik me dat het wellicht tijd voor verandering was. En nu ik zonder duidelijk plan die toekomst een nieuwe invulling kan gaan geven, voel ik zeker met regelmaat paniek over de onzekerheid die mijn keuze met zich mee brengt. Wanneer ik mijn voorlopige plannen uit de doeken doe aan vrienden, familie en bekenden, kan ik zien hoe zij bij het idee alleen al in de stress raken: "Maar, maar, en hoe ga je, en wat wil je, en dan?" Hun reactie helpt niet mijn stressniveau naar beneden te brengen.
Al met al is het dus helemaal niet vreemd dat ik al een tijd pijn in mijn rug heb. Stress kan allerlei lichamelijke gevolgen hebben, dat wist ik eigenlijk al lang. (Jaren geleden kreeg ik in een extreem stressvolle situatie opeens een aantal dagen uit het niets een dikke lip, en ook overgeven door teveel spanningen is mij niet geheel vreemd).

Maar de ruimte en de mogelijkheden die zich opeens voordoen geven ook nieuwe energie en leiden tot duizenden ideeën voor een mogelijke nieuwe levensinvulling.En dan verandert de stress opeens in opwinding en een positieve spanning, en enorm veel zin om al die nieuwe avonturen te beginnen.



In de documentaire Doen en Laten gaat Anneloor van Heemstra in op de gevolgen van stress, op relaties, op haar lichaam en op de opvoeding van haar kinderen.

Get Microsoft Silverlight
Bekijk de video in andere formaten.





zondag 31 maart 2013

Monoloog

Ik ben net ingestapt en zit op een tweezitter die met de rijrichting mee kijkt. Wanneer ik mijn jas uittrek en me installeer voor de reis naar huis hoor ik achter me gemompel. Eerst denk ik dat de morsige stem achter me het gezelschap is van de dame van middelbare leeftijd die aan de andere kant van het gangpad zit. Hij vraagt haar luid of dit de trein naar Den Haag is. Haar reactie is terughoudend, ze knikt en draait zich met haar rug naar hem toe.
Terwijl de trein langzaam in beweging komt luister ik, deels onvrijwillig, naar zijn monoloog:

"Kouwe klauwen jonguh, ik heb sulke kouwe klauwen.
Als ik thuis kom mot ik men medicijnen nemen, die ben ik helemaal vergetuh.
Ga ik een kaartje kopuh, kost me drie euro, is er geen controluh. Ben ik toch drie euro kwijt. Drie euro.
Ik heb nog een tientje geleend van men dochter.
Dooie klauwe papa. 
Is dit de trein naar Holland Spoor?
ik heb me toch een kouwe klauwen.

Me dit en me dat.
Waar zijn we? Delft. Ow, Delft. Ik heb vijfentwintig jaar in Delft gewoond. Nu woon ik acht jaar in Den Haag. Maar in Delft ben ik opgegroeid.
Stopt die trein nu bij Holland Spoor, of bij dat andere station, dat ene?

Ging ik zwartrijduh in de tram, kost me ook geld. Hier heb me dochter gewoond. Maar die woont nu in Zoetermeer.

Me telefoon ligt thuis.
Me telefoon ligt thuis.
Telefoon. Thuis.
Maar ik mot me dochter belluh zo. Ik heb zelluf vier kinderen en zeven kleinkinderen.
en ik houw van ze alle zeven.
Ik mot mijn medicijnen niet vergetuh.

Waar stopt hij nu? We zitten nog niet in Den Haag he?
Dit komt me bekend voor.
Kouwe klauwen  joh."

De omroeper roept het volgende station om: Den Haag Holland Spoor.

"Ah, daar mot ik zijn. Holland Spoor. Dat is mijn station."

Als hij opstaat en zijn spullen verzamelt, kijk ik voorzichtig achter me om te zien welke gedaante bij de stem hoort. Hij is eind vijftig, grijs lang haar en een kegel die me moeiteloos tegemoet komt. Terwijl hij al pratend naar de uitgang loopt zie ik dat de mensen om hem heen elkaar aankijken en bijna verontschuldigend naar elkaar lachen. Als onvrijwillig publiek van deze scene uit zijn leven, verzuchten we allemaal dat het niet niks is.
Ik hoop dat hij snel warm wordt.

dinsdag 26 maart 2013

Tijd

Tijd is een vreemd concept wanneer je op reis bent. Je vergeet op een bepaald moment welke dag en datum het is en voel je je los van de rest van de wereld die wordt bepaald door een steeds maar voort tikkende klok.

Aan de andere kant is de tijd het enige concept dat je reis bepaalt. In de ochtend moet je voor een bepaald tijdstip uitchecken. Dan kost het tijd om op de volgende bestemming te komen, die altijd verschilt van de tijd die je er in werkelijkheid voor neemt, pauzes inbegrepen. Het is altijd wel tijd voor koffie, lunch, een ijsje of een plaspauze. En dan wil je een beetje op tijd op de volgende plek aankomen, om te kunnen avondeten en nog wat aan je avond te hebben. En de volgende dag begint het weer allemaal opnieuw.

En dan is er het tijdsverschil. Elf jaar geleden moest ik steeds berekenen of het de juiste tijd was om te bellen, nu moet ik telkens als ik mail eraan denken dat ik pas veel later antwoord zal krijgen (elf jaar geleden functioneerde mail nog als een brief, in plaats van een gesprek zoals nu).
Nu is het alleen maar erger geworden. Dankzij wifi kan je overal online en ben je altijd bereikbaar. Ware het niet dat Nieuw Zeelands internet nog via Australië komt, en daardoor zo duur is dat je nog steeds per tijdslimit je inlogcode moet aanschaffen.

Wanneer je dus na een heerlijk relaxte dag - die eigenlijk bepaald werd door de tijd - nog even contact wil met het thuisfront, waarbij je rekening moet houden met dat tijdsverschil, dan ben je ook nog afhankelijk van de 30, 60 of 120 minuten die je voor veel geld hebt bemachtigd. Dan moet het thuisfront binnen die tijd ook nog eens aanwezig zijn, en de tijd hebben om contact te leggen.

Het is niet eenvoudig om een wereldburger te zijn.

zondag 3 maart 2013

Roadkill


Autorijden in het buitenland is altijd een avontuur. Andere regels, andere wegen, andere gevaren. In de VS schampte ik afgelopen zomer hardhandig een langsspringend hert en vernielde daarmee de auto op een dusdanige wijze dat een arme jongen vier uur moest rijden (heen) om een nieuwe wagen te brengen. Het hert is naar alle waarschijnlijkheid met de schrik vrij gekomen want het was in geen velden of wegen te bekennen.

Aan de andere kant van de wereld, waar links rijden steeds weer een hele ervaring is, zijn de wegen bezaaid met beestjes die in verschillende hoogtes met het asfalt verenigd zijn. Naast het feit dat ze allerlei vormen aannemen in hun stervensproces - van lang en gerekt tot klein en rond - zijn het ook vreselijk veel verschillende soorten: witte vlinders, ronde vogeltjes, uitgerekte muizen, opossums of andersoortige knaagdieren.

Als rechtgeaarde vegetariër rijd ik sowieso al met lichte vrees voor dit soort ongelukken rond, ik onthoud mij het liefst van iedere vorm van dierenleed. Nu is het aantal debiele vogels dat de afgelopen dagen ter nauwernood aan de destructieve effecten van mijn autobanden is ontsnapt, echter enorm en soms vraagt de situatie erom het risico te nemen een vogelleven te offeren voor dat van een mens - dat moge duidelijk zijn.

Maar steeds als ik weer een hoopje beest zie liggen, en ik bijna achteloos langs (of over) rechtopstaande pootjes, staarten of vleugels rijd, vraag ik me af hoe het kan dat 'de mens' zo superieur is. Wat maakt ons nou beter, en waarom kijken we op noch om als we daarmee geconfronteerd worden? We reizen af naar de andere kant van de wereld omdat daar de natuur nog zo puur is, doen vervolgens ons uiterste best om alleen maar foto's te maken waar ieder menselijk ingrijpen onzichtbaar is ("jammer van de lantaarnpaal", "he, hadden ze die heg nu niet even iets verder kunnen zetten?", "bah, die stomme boerderij verpest het landschap"), maar halen onze schouders op als we langs honderden voorbije leventjes rijden. Natuurlijk realiseer ik me dat op alle ellende in de wereld, de Nieuw Zeelandse roadkill laag zal scoren - ze hebben in ieder geval een geweldig leven gehad voordat ze onder een auto bleven hangen. Maar toch, maar toch. Toch vraag ik het me iedere keer weer af.

maandag 18 februari 2013

Identiteit

Je kunt alleen opnieuw beginnen als je het oude achter je laat.
Door iets dat jarenlang het Heden was opeens tot het Oude te bombarderen - mijn baan, voelt het alsof mijn leven op zijn kop staat. Mijn baan heeft de laatste jaren bepaald wie ik was. Ik verbond mijn tijd, energie en liefde aan een plek, aan de mensen, aan het werk. Wanneer ik wildvreemden vertelde wat ik mijn werk was, liet ik naar mijn gevoel daarmee ook weten wie ik was.
Nu hoeft dat natuurlijk helemaal niet. Je kunt best een baan hebben die verder niets zegt over wat je belangrijk of leuk vindt in het leven. Als je bij de IKEA werkt hoef je niet van ordenen, bouwen of Scandinavië te houden. Maar door mijn vertrek hoor ik er nu niet meer bij en ben ik geen deel meer van het geheel dat zo als thuis voelde.

Er is geen betere manier om het Nieuwe van het Oude te scheiden dan weg te gaan. Het Oude (even) achter je te laten. In dit geval door een korte reis naar de andere kant van de wereld te maken (en ja, kort is relatief; thuis werd er afgunstig gezucht wanneer ik over mijn vijf weken durende trip vertelde, hier kijken medereizigers meewarig als ze horen dat we maar zo kort hebben).
Het probleem van reizen is echter dat je voortdurend bezig bent je identiteit te bepalen. Een van de eerste vragen die medereizigers stellen is: wie ben je, wat doe je? Het voelt nog onwennig om mijn nieuwe bestaan aan te kondigen, en van binnen voel ik dan ook altijd twijfel. Maar het lucht op om te zien dat verder niemand verbaasd opkijkt, en iedereen probleemloos accepteert dat ik ben wat ik zeg.

Zij geloven het in ieder geval al. Nu ikzelf nog.

donderdag 24 januari 2013

Rituelen

Mensen hechten aan rituelen. We zijn gewoontedieren, die het liefst willen weten wat er gaat komen, zodat we rustig ons leven kunnen leiden zonder veel stress en gedoe. Alles dat de gewone gang van zaken op zijn kop zet, moet zo snel mogelijk worden genormaliseerd, want we willen ons veilig voelen.

Wanneer je opnieuw wil beginnen moet je iets veranderen aan je rituelen en gewoontes. Je moet breken met bestaande patronen om plek te kunnen maken voor nieuwe. Je ontslag indienen betekent dat de rituelen van het werk verdwijnen: snoozen in de ochtend, de kop koffie na binnenkomst op kantoor, binnenkomende e-mails die het werk bepalen, de klok die soms tergend langzaam maar meestal veel te snel tikt waardoor het weer te laat is voor lunch en het bijna weer tijd is om naar huis te gaan, praatjes met collega's over het leven buiten de kantoormuren. Een nieuwe baan vangt een deel van de stress op, want hoewel je kopjes voor de koffie en je lunchmaatjes er anders uit zullen zien, blijven het snoozen en de praatjes naar alle waarschijnlijkheid een onderdeel van je leven.

Zonder een nieuwe duidelijke plek, zonder lunchmaatjes of koffie in de ochtend, voelt het nieuwe leven als een groot zwart gat van onbekende diepten. Natuurlijk kan je thuis koffie zetten, of met potentiële partners lunchen en jezelf ertoe dwingen vroeg te beginnen met snoozen. Maar de onbekende invulling van je werk, die gaandeweg pas duidelijk zal worden, gaat tegen alle natuurlijke menselijke gedragingen in.

Niet weten wat er straks gaat gebeuren of hoe mijn leven er de komende maanden en uiteindelijk jaren, zal uitzien, is soms angstaanjagend. Regelmatig heb ik het gevoel alsof ik in een bad met ijskoud water spring, dat me alle adem beneemt. Het is als dat typische sauna gevoel, waarbij iedere vezel in je lijf het uitschreeuwt: WAAROM? Waarom spring je in dit bad, nadat we net zo lekker lagen te soezen in de naar eucalyptus geurende hitte? En je weet, terwijl al die vezels je toeschreeuwen, dat die hitte inderdaad heerlijk en veilig was. Maar je weet dat, wanneer je uit het koude bad bent geklommen, diezelfde vezels die nu nog zo keihard gillen, als kleine kittens zullen spinnen, omdat alles veel beter zal voelen dan wanneer je niet was gesprongen. Dus steeds wanneer ik mentaal naar adem hap, stel ik me dat heerlijke gevoel van erna voor en probeer ik erop te vertrouwen dat het heus wel allemaal goed komt. Het ontbreken van rituelen betekent alleen maar dat de mogelijkheden oneindig zullen zijn en dat alles wat zal gebeuren, mogelijk ooit tot een nieuw ritueel zal uitgroeien.

woensdag 9 januari 2013

Opnieuw

Ooit deed ik een week lang een theatercursus bij Buitenkunst met de titel Opnieuw. Het idee was dat je ging herhalen, op een manier waarbij iedere herhaling een nieuwe eerste keer was. Zo sprong ik ruim een halve dag enthousiast omhoog alsof ik nog niet eerder gesprongen had, en moest ik zeker anderhalve dag steeds weer opnieuw in slow motion in eenzelfde tempo naar beneden zakken en weer opstaan. We kregen een tijdsduur (de duur van een lied, vijf minuten vanaf nu) en mochten ons tempo niet versnellen of vertragen. Het klinkt vast allemaal niet heel erg spannend, maar ik heb nog steeds warme herinneringen aan die week. Ik kwam er namelijk achter dat er ontelbare manieren zijn om iets wat hetzelfde lijkt op een andere manier te doen.

Het voelt alsof ik nu ook opnieuw ga beginnen. En dan heb ik het niet over het nieuwe jaar, en de twaalf lege maanden die voor me liggen en die ik mag gaan inkleuren. Tien jaar geleden studeerde ik af, ging ik op zoek naar werk, en vond ik langzaam mijn weg. Ik ontdekte wat ik leuk vond en wat ik echt niet wilde. Ik hopte van klus naar klus, tot ik uiteindelijk besloot het zekere voor het onzekere te nemen en een 'echte' baan te zoeken. En door een mooie speling van het lot werd de baan waarvan ik bij mijn sollicitatie wist dat hij voor mij was ook echt de mijne.

En nu, na zes jaar op een heerlijke plek gewerkt te hebben, kies ik het onzekere voor het zekere. Ik duik in een nieuw avontuur, waarin ik ga proberen te doen wat ik nog niet zo goed kan: mijn hart volgen. Ik ga proberen de dingen te doen die ik echt wil doen, maar die ik eigenlijk veel te eng vind om te doen. En steeds vaker denk ik aan de cursus die ik jaren geleden deed, en het plezier waarmee ik een week lang zonder veel moeite naar beneden zakte en mezelf weer omhoog duwde. Wanneer mijn dagelijkse paniekaanval langs komt en het voelt alsof ik in een bad ijskoud water spring, focus ik me er maar op dat ik steeds weer omhoog kwam. Zo zal het in de echte wereld ook vast gaan.

Ik begin opnieuw.