maandag 26 april 2010

Fifteen minutes

Het concept is redelijk simpel: reserveer ergens in den lande een vakantiehuisje, nodig vrienden en vrienden van vrienden uit en neem een beamer mee. Wat je dan krijgt: drie dagen vol inspiratie!
Een paar jaar geleden bedacht vriendin S. dit concept. NIets nieuws natuurlijk, een weekendje weg met leuke mensen. Alleen wilde S. er wat meer invulling aan geven. Nadat iedereen was afgestudeerd en langzaam in zijn of haar eerste of tweede baan was gerold, realiseerde zij zich dat ze steeds minder wist wat haar vrienden bezig hield. Ze wist dat ze arts waren, of op een bank werkten, festivals organiseerden of les gaven. Maar wat deden ze nou precies? Zo vatte ze het idee om iedereen de mogelijkheid te geven om zijn of haar werk, of een aspect daarvan uit te leggen. Hoe constateer je dat iemand buikloop heeft? Hoe bereid je je voor in een juridische zaak, wat voor geschiedenis les geef je nou eigenlijk?
Door drukte, werk en het leven zelf kwam het er nooit van om dit idee in werkelijkheid om te zetten.

Tot een andere vriendin, A, die erbij was toen vriendin S. haar idee aan ons voorlegde, besloot woorden in daden om te zetten. Ze gaf er haar eigen spreekwoordelijke draai aan en nodigde vrienden uit om in een kwartier iets te vertellen, het kon over werk zijn, over hun kat, over waarom ze zo graag thuis naar de wc gingen of over hun grote inspiratiebronnen. Alles mocht. En zo ontstond Fifteen minutes of Fame.

Helaas was ik er zelf door omstandigheden niet bij de eerste keer, maar afgelopen weekend kreeg ik een herkansing. Een weekend lang werden we gevoerd met nieuwe inzichten, levenswijsheden en verhalen. Terwijl buten de zon scheen, zaten wij met twaalf mensen in een verduisterde woonkamer te praten over beslissingen nemen, leren managen, het proces van het schilderen, zelfreflectie in conflicten en ga zo maar door. Tussen de presentaties door aten we en dronken we, overdag buiten in de zon en tot in de diepe uurtjes in dezelfde woonkamer. We beoefenden tai-chi en we leerden masseren.

Ik zou wel ieder weekend met andere mensen een Fifteen minutes of Fame willen hebben. Voed mij met je ideeën, gedachten en inspiratie! Aangezien dat wellicht niet haalbaar is ben ik ok bereid om op andere manieren er naar te luisteren. Mail me, bel me, kom langs. Laten we onze kennis niet voor ons houden.
Zoals een van de aanwezigen zei: iedereen heeft betekenis in deze wereld, en iedereen kan bijdragen.
Komt u maar


(Voor de volledigheid: tijdens het weekend is collectief besloten dat de naam, die blijkbaar verwarrend scheen te zijn voor sommigen, te vervangen door Matchbox, a spark of inspiration)

woensdag 21 april 2010

Geduld

Ik ben van nature niet iemand met geduld. In mijn kasten liggen stapels handleidingen diep weggestopt, zonder dat ik ze ooit heb doorgebladerd, waardoor ik vaak maar voor de helft op de hoogte ben van de mogelijkheden van de bijbehorende apparaten. Meestal pak ik het apparaat uit zijn doosje, bolletjesplastic en hoesje, om er enthousiast mee aan de slag te gaan en moet ik uiteindelijk lichtelijk gefrustreerd op internet opzoeken hoe ik nou dat ene trucje kan uitvoeren, of speel ik dom blondje bij geduldigere vrienden. Ik leer sneller als iemand het me uitlegt.
Daarnaast heb ik geen geduld om dingen te leren. Na een vruchteloze poging te leren jongleren verstoften de balletjes op mijn boekenplank. Ook andere mogelijke hobby's of levensinvullingen heb ik op deze wijze laten vervliegen: breien, pottenbakken, mozaieken, het duurt me allemaal te lang.

Maar de laatste tijd lijkt er sprake te zijn van een verandering.
Het begon ooit met een flyertje dat ik op mijn werk in word had gemaakt, waarna ik fijntjes werd gewezen op het bestaan van speciale programma's waarin deze dingen ietwat professioneler gefabriceerd kunnen worden. Ik deed een cursus Indesign en knutselde aan visitekaartjes en huisstijlen. Toen bleek ook Photoshop lang niet zo eng als ik eerst dacht, en durfde ik zelfs een montagecursus te volgen. Waar ik eerst werd afgeschrikt door de hoeveelheid knopjes en mogelijkheden, waren die nu opeens een uitdaging.

Mijn laatste project, ik schreef er al eerder over was een motion cursus. Hierbij ontmoet de grafische wereld de filmwereld, althans naar mijn mening. Het is één grote speeltuin. De hoeveelheid mogelijkheden van dit programma is angstaanjagend, maar waar ik me eerst daadoor liet ontmoedigen, heb ik me nu laten inspireren. Wekenlang heb ik geknutseld op de vierkante millimeter, met letters, bewegingen en stijlen. Ik filmde met chocomel en kleurstof, om vervolgens een zo spannend mogelijk filmpje te krijgen. Uiteindelijk werd alles gecombineerd met onderstaand resultaat. Het stelt niets voor, en is voorbij voor je er erg in hebt, maar ik sta nog ateeds blij op mijn stoel te stuiteren als ik het zie. Het voelt een beetje alsof je leert fietsen en je eindelijk zonder zijwieltjes mag: kijk wat ik kan!

Nieuwsgierigen mogen hier klikken.
En het originele stukje film staat hier...

donderdag 15 april 2010

Karim

Karim heeft de mooiste ogen van Marokko. Zijn haar staat in korte dreads op zijn hoofd. Over zijn hippe spijkerbroek met dito t-shirt draagt hij quasi-nonchalant zijn witte djellaba. 'Het doet me niets, al die mooie spullen,' zegt hij, terwijl hij even zijn kleren toont. Mooie praatjes heeft hij ook. Overal heeft hij een antwoord op, altijd weet hij het beste hoe het zit. Hij wisselt standaardzinnen die uit slechte soapseries of vreemde streekromannetjes lijken te komen af met opmerkingen die onverwacht komen, die verbazen. Kleine inzichten, Berber spreekwoorden, of algemene psychologie van de koude grond die ook door Marokkaanse jongens gebezigd wordt.

Samen met zijn vrienden verleidt hij toeristen. Om te komen eten in het restaurant, om te slapen in het hotel, om mee te gaan naar de Sahara. Hij weet nog wel een leuk winkeltje waar ze mooie tasjes verkopen. Zijn vrienden kennen de mooiste plekjes van de woestijn. Hij maakt muziek, spreekt vier talen, en weet precies welke meisjes hij eruit moet pikken. Hij grapt, vleit, acteert en speelt. Vanaf tien uur 's ochtends, wanneer het restaurantje zijn deuren in de medina opent, tot elf uur 's avonds, hangt hij rond in het nauwe straatje. Ieder restaurant mag tot een onzichtbare lijn toeristen benaderen, daarna worden ze prooi voor de buren. In die luttele meters die hen ter beschikking staan, spelen de jongens hun spel. Ze sluiten verbondjes, maken afspraken met toeristen over wanneer ze komen eten. Bij een tweede ontmoeting schuift de vermoeide reiziger aan, blij om herkend te worden en om thuis te kunnen komen met verhalen over zijn vrienden in Marokko. Iedereen voelt zich thuis wanneer hij in zijn moedertaal wordt aangesproken.

Na sluitingstijd gaan de jongens naar het dak van het hotel. Met in de verte de lichtjes van de nieuwe stad en naast hen een van de vele minaretten roken ze sigaretjes en drinken ze Fanta uit een blikje. Via hun telefoon of iPod luisteren ze muziek. Eens in de zoveel tijd roepen ze iets naar beneden, waar een bekende langs schuifelt. Wanneer het kouder wordt trekt Karim de puntige muts van zijn djellaba over zijn dreads. Hij vindt het fijn in de stad, met zijn vrienden. Maar hij hoort in de woestijn, met haar stilte en donkere nachten. Dat is de plek waar hij zich thuis voelt. Waar zijn familie woont, zijn drie broers en twee zussen. Zijn ogen lijken zelf in het donker op te lichten wanneer hij vertelt over het leven in het zand. Zonder de hordes toeristen die zich dagelijks door de nauwe straatjes persen, zonder de drukte van de medina. In de woestijn is er niets, niet meer dan nodig is. Hij probeert te vertellen hoe hij zich daar voelt en voor het eerst vindt hij geen woorden meer om zich uit te drukken.

maandag 12 april 2010

Kwijt

Ergens ging iets stuk,
brak af.
Iemand gooide of
het viel.
Toen miste een stukje.
Was weg.
Ergens onder
of tussen
gevallen,
kwijt geraakt.
Gezocht,
stoelen en banken.
Maar nergens gevonden.
Zomaar zoek.
Kwijtgeraakt.

zaterdag 10 april 2010

Toerist

Bonjour! Ola! Oui, oui, ca va tres bien! Very good yes. Non, je suis Neerlandais. Payb-Bas, Dutch? Oui! Koeman! And Van der Sar, that one too yes. Non, j'habite en Amsterdam. Mui bien, si! Aah, ça c'est bon, vous avez visitez votre familie? Ah, peut-être next time.
Non, c' est la premiere fois en Maroc. Oui oui, c' est tres beau I really like it. Non, je suis seul. Non, no, those people I just met. No, we're not friends. Non, je ne suis pas marriè. Et toi? Tu est marriè? Non, je ne veux pas faire ça. Mais non, tu ne peut pas demander quelque chose comme ça! Mais non! ça n'est pas tres, comme on dit?, ça n'est pas tres 'polite'. Tu comprend Anglais? Polite? C'est pas... poli? Oui, poli. You don't ask that when you've just met someone! Well, maybe you do, but nothing is going to happen. Ok? Yes, we can talk, that's fine. Pas de probleme. Oui, je voudrais du thé. Merci beaucoup! Alors, tu fait ça avec tous les tourists?
And does it normally work?
Yes, ok, we're brother and sister, that's ok. Non, non, pas avec un autre père. Brother and sister means that we're familie, right? Well, so nothing is going to happen.
So how many languages do you speak? Aah! Du sprichts auch Deutsch? Sehr gut! Dass können wir auch machen! Ich weiss nicht ob es geht, mit al die Sprachen, aber wir können es versuchen. Well, English is better yes.
Un autre thé? Euhm, no I think I go to sleep. No you're not walking with me! No, I think I'll manage. But merci beaucoup pour tout. Non, j'ai dit que rien is going to happen. Well, but these lips don't want to kiss yours. I do think you're nice, but that doesn't mean... Okay, that's enough. Je te voir à demain, oui? Peut être nous recontrions. Alors, go to your friends and have a good night! Bye!

donderdag 8 april 2010

Mooi

Ik was me er nooit zo van bewust geweest, maar in Marokko zijn de schellen van mijn ogen gevallen. Te lang heb ik het zelf ontkend, en met mij vele anderen. Maar in Marokko werd de waarheid me meer dan eens duidelijk gemaakt. Soms vleierig, soms grappend, en soms met diepe ernst. Na jaren in het duister te hebben geleefd ben ik dan eindelijk op het punt dat ik het zelf ook hardop durf te zeggen. Dus, hier komt het, lieve wereld; jullie wisten het misschien nog niet, of durfden niets te zeggen (ik zou het ook eng vinden) maar hier komt het dan:

Ik ben de mooiste vrouw ter wereld.

Neem het even tot je. Ga even zitten.
Ik weet het, het is onverwachts. Of misschien niet, maar dan is het op zijn minst bijzonder dat juist nu deze waarheid boven tafel moest komen. Geloof me, ik heb het me ook afgevraagd: waarom nu? waarom hier? Sommige dingen kan je nou eenmaal niet verklaren, daar zullen we ons bij moeten neerleggen. En als het dan eenmaal zover is, dan is het alleen nog maar een kwestie van accepteren. Je erbij neerleggen. Voor sommigen zal dat zwaarder zijn dan voor anderen (sorry dames), maar het is nu eenmaal niet anders.

In het begin reageerde ik er ook lacherig op. 'Kom op joh, er zijn heus mooiere vrouwen op deze wereld, ik ben geen fotomodel'. Maar het schijnt toch echt zo te zijn. Geen vrouw heeft lippen als de mijne, geen vrouw ter wereld heeft mijn prachtige ogen, mijn mooie haar. En natuurlijk mijn 'afmetingen': mijn lengte, de verhoudingen, alles klopt.
Ik beloof dat ik me niet anders zal gaan gedragen nu dit nieuws een feit is. Als jullie dat ook niet doen. Behandel me maar gewoon als altijd, ik zal het begrijpen. Het is natuurlijk ook ondoenlijk, om met zulk een schoonheid om te moeten gaan. Ik weet niet of het nog mogelijk is, maar misschien kunnen we gewoon met zijn allen doen alsof we het nog niet weten, en doorgaan op de oude voet. Dat is wel zo leuk voor al die andere vrouwen, dan voelen die zich tenminste niet helemaal verloren.

woensdag 7 april 2010

Mustafa

Hij heeft in Nederland gewoond, en al duurt het soms even voordat hij op een woord komt, hij spreekt het nog vloeiend. Hij begon als schoonmaker bij Krasnapolsky, waar hij zich gedurende een aantal jaren omhoog werkte via de keuken tot portier. In die tijd woonde hij in een van de dienstwoningen in het steegje achter het hotel, boven de likeurstokerij Wijnand Fokking. In de tussentijd handelde hij in oude auto's die hij kocht, opknapte en doorverkocht. Daarnaast importeerde hij antiek.

Met zijn eerste vrouw kreeg hij een dochter. Toen zij zes was stierf zijn vrouw. Zijn dochtertje bracht hij naar Marokko, waar zijn moeder zich over haar ontfermde. Zelf ging hij terug, eerst naar België waar hij met zijn gezin woonde en later dus naar Amsterdam. In Amsterdam kreeg hij een relatie met een Joodse vrouw, waar hij zeven jaar mee samen woonde. Toen zij er uiteindelijk met een groot deel van de inboedel vandoor ging, besloot hij tijdelijk terug te gaan naar Marokko. Een aardig meisje uit Assilah werd zijn tweede echtgenote, na zeven jaar huwelijk baarde zij zijn tweede dochter. Zijn oudste studeerde inmiddels in Brussel, waar ze nu nog steeds woont met haar Franse man en hun zoontje. Met zijn tweede vrouw verhuisde hij naar Spanje. Een paar maanden geleden vertelde ze hem dat ze van hem wilde scheiden. Hun dochter is elf.
Nu woont hij weer in Assilah, waar hij - natuurlijk - verschillende handeltjes drijft; van internetcafé tot makelaarsbureau. Overdag praat hij met iedereen die langs loopt. De meisjes die de kassa bedienen zien er prachtig uit. Hij laat hen opstaan en ronddraaien om te tonen hoe mooi ze zijn. Zijn neven komen langs in een grote witte mercedes uit de 200 serie, en drinken thee met hem. Hij is omgeven door jongeren, en fietst zelf nog in hoog tempo op een mountainbike door de medina.
Hij woont alleen in de ville nouvelle. In zijn huis heeft hij één kamer volgebouwd met televisies. Daar kijkt hij 's nachts naar dvd's met foto's van zijn dochters.

dinsdag 6 april 2010

Teitour

Laten we het erop houden dat het zijn artiestennaam is.
Tien jaar geleden ontmoette hij een Duitse toeriste in Asillah. ze werden verliefd en trouwden. Acht jaar woonde hij met haar in Berlijn. Hij vertelt in het Duits, dat hij al te lang niet gesproken heeft, over zijn ex vrouw, zijn baan als decorontwerper in een klein Berlijns theater en het leven in Duitsland. Nadat zijn relatie voorbij was keerde hij terug naar zijn geboortestad.
Hij vindt het fijn in Marokko. Hij verhuurt huizen van Europeanen aan andere toeristen. Daarnaast is hij kunstenaar.

Assilah zit vol met kunstenaars: jongens die op stukjes hout en oude platen blauw witte taferelen schilderen: simpele poppetjes die omringd worden door golfjes, met een stralend zonnetje bovenin. In de kleine medina zie je op elke hoek wel een kunstenaar zitten met zijn werken tegen een wit geschilderde muur uitgestald. Op weg naar het uitkijkpunt bij de rotsen tel je er minstens tien.

Teitour houdt echter van abstracte kunst. Zijn smalle huis, dat bestaat uit drie kamers die elk een verdieping vormen, hangt vol met kunstwerken van vrienden van hem. Gewrongen vrouwenlichamen, omringd door felle kleuren in onrealistische werelden. Zijn eigen werk is soberder. Kleurvlakken die bewerkt zijn met zand. Hij ziet de verschillende kleuren van Assilah erin terug. Hij beschrijft de wolken, de zee, de rotsen.
Zijn adem ruikt nog naar de alcohol van het feestje van gisteren. Vanavond heeft hij belooft om voor vrienden te koken. Met een grote glimlach neemt hij afscheid. Gute Reise.