vrijdag 27 november 2009

Zaalwacht

Als enthousiaste IDFA bezoeker heb ik de afgelopen dagen mijn eigen kleine rituelen ontwikkeld. Het flesje water voor aanvang van de film in het houdertje (de enige fijne bijkomstigheid van Pathe filmzalen), mijn tas onder mijn stoel, mijn jas om me heen zodat ik die nog om kan slaan mocht ik het koud krijgen. Dat soort dingen.

Een van de kleine geneugten is mijn lange rits kaartjes, die ik graag aan één stuk houd. Omdat het iedere keer weer fijn is om bij het inlopen van een film die rits nonchalant uit je zak te kunnen halen en het juiste kaartje voor de zaalwacht te tonen. Ik weet dat dat wellicht een beetje sneu overkomt, maar het feit dat andere frequente bezoekers dezelfde neiging vertonen, heeft me gerustgesteld. Zo zijn wij nu eenmaal. Vaak scheur ik het onderste stukje al los, zodat ze dat alleen nog van het volgende kaartje hoeven af te scheuren. Dat gaat sneller, en het stelt mijn rits kaartjes veilig van breken.

Tot vandaag. Ik was niet goed voorbereid, was op het laatste moment komen aanfietsen én ging nog koffie halen. Met koffie in de ene hand en mijn fietssleutels, handschoenen en kaartjes in de andere liep ik naar de zaalwacht. Terwijl ik haar het juiste kaartje voorhield zei ik dat ik graag alles aan elkaar wilde houden, maar voordat ik klaar was met spreken had ze de oude kaartjes al afgescheurd. 'Dat was dus juist niet de bedoeling,' zei ik, terwijl zij (oudere vrouw, lelijke trui, stom haar) onverstoord het juiste kaartje van de andere afscheurde. Mijn hart brak. 'En bedankt. Ik wil wel dat kaartje terug', zei ik zo vinnig mogelijk. Je moet toch wat. Met de koffie nog steeds in de ene, en mijn fietssleutels, handschoenen en nu drie risten kaartjes in de andere hand liep ik de zaal in.
Het eerste half uur van de film heb ik me eigenlijk alleen maar zitten opwinden over die zaalwacht. Tot ik uiteindelijk bedacht dat ze waarschijnlijk geen vrienden heeft, ze het allemaal ook niet begrijpt en ze vast een moeilijke jeugd gehad heeft. Na afloop overwoog ik om mijn lege koffiebekertje te laten staan, om toch nog een soort van wraak te hebben. Maar ja, zo zit ik nou eenmaal niet in elkaar. Ik probeer mee te denken met de mensen. In tegenstelling tot sommige anderen...
Die kaartjes heb ik overigens thuis weer aan elkaar geplakt.

donderdag 26 november 2009

Verwachtingen

Soms heb je van die momenten waar je een hele lange tijd naar uit kunt kijken. Van die momenten die grootse verwachtingen oproepen, momenten die een licht lijken te zijn in een verdere donkere omgeving. Je telt de dagen af, je maakt je voorstellingen van wat er zal gebeuren. Van hoe je je zult voelen, van wat het met je zal doen. Heel soms worden al die verwachtingen en ideeën ook daadwerkelijk realiteit. Het is zelden zo, maar de spreekwoordelijke uitzondering zal toch de regel moeten bevestigen. Soms beleef je zo'n moment ten volste en weet je precies dat je je het zo had voorgesteld. Dan begrijp je opeens wat men bedoelt met ' in het nu leven' en 'mindfulness'.
Zo'n moment zou een bruiloft kunnen zijn, of het huwelijksaanzoek dat eraan vooraf gaat. Een bijzondere vakantie of reis. Een liefde die zich plotseling openbaart.

Ik had het vandaag, bij een film. Ik zag The Yes Men Fix the World, en was anderhalf uur blij. Echt blij. Over wat ik zag, en over dat het zo was hoe ik het bedacht had en over hoe blij ik ervan werd.

Wie hun werk kent zal niet veel nieuws zien. Deze film toont een herhaling van acties die ook al te zien waren in hun eerdere documentaire die passend The Yes Men heette, maar hun acties zijn zo ontzettend inspirerend, en zo humoristisch, dat ik er in ieder geval geen genoeg van kan krijgen. Een documentaire die tot denken aanzet, tot heel veel hardop lachen en hopelijk ook tot actie. Ik keek al weken uit naar deze vertoning, en was achteraf verschrikkelijk blij dat al mijn verwachtingen waren uitgekomen.

dinsdag 24 november 2009

Strijdlustig

Ik ben de afgelopen dagen de wereld al enkele malen over gereisd. Het verveelt nooit. Of het nu de zoektocht naar milieuactivisten, de verhalen over antrax, of de landen waarin shocktherapie (economisch en maatschappelijk) werd toegepast zijn, ze verbazen allemaal. Tijdens het IDFA wordt een enorme hoeveelheid informatie over bezoekers heen gestort. Cijfers, diagrammen, anekdotes, noem het maar op. Als je één film per dag ziet kan je die nog aan, bij drie of meer niet. Dus maak ik aantekeningen. Of krabbel ik in onleesbaar handschrift bij het licht van de film in een boekje. Maar daardoor onthoud ik wel dingen, en blijven me mooie beelden of citaten bij.
Zoals: The dictionary is the only places where succes comes before work (High School), of: I'm a tiger (The Audition).
Wat me de eerste dagen ook is opgevallen is dat de muziek van Philip Glass weer erg in is, ik heb hem in zeker drie films gehoord. En dat veel verhalen hoe dan ook aan Zwitserland gelinkt kunnen worden (onder andere omdat daar de V.N. zit natuurlijk).

Ik vind het heerlijk, al die verschillende verhalen. Maar ik merk ook dat ik iedere keer weer strijdlustig uit de zaal loop (Ja! We moeten iets doen tegen deze voedselindustrie! Ok, vanaf vandaag help ik mee aan de strijd tegen slavernij! Ojee, ik moet nu mensen waarschuwen tegen genetisch gemodificeerd voedsel!), om even later lichtelijk gedeprimeerd te worden van het besef dat ik in mijn eentje niet al die verschillende zaken kan steunen. Ze zijn allemaal belangrijk en iedere strijd moet gevochten worden, maar niet door een handjevol IDFA bezoekers. Heeft het dan allemaal geen nut? Jawel, want wij weten het nu, en we zullen erover praten. Nu maar hopen dat anderen ook luisteren.









Tot en met aanstaande zondag kan je films kijken bij het IDFA. Kom ook!

donderdag 19 november 2009

Beroemd

Wat is het met beroemd zijn? Waarom willen zoveel mensen het zijn? Wat is de grote aantrekkingskracht ervan? En waarom zijn er zoveel oninteressante mensen beroemd? Of is eigenlijk iedereen interessant genoeg om beroemd te kunnen zijn? Al deze vragen, en nog veel meer, gingen door mijn hoofd toen ik naar De school voor Reality TV keek. Hierin toont Wim Schepens hoe New Yorkers, Amerikanen, getraind worden om succesvol deel te nemen aan (audities voor) realityshows. Workshops 'Jezelf presenteren' (Under pressure, I'm sharp, I think fast, I act fast and I can actually place where I want to be.) 'Audities doen' (I have never had friends, but I want them to see me on tv and regret that they never befriended me.) "Prep your own wardrobe' (The stress influences peoples performances and him knowing each day what to wear, eliminated some of that stress for him.), je kunt het zo gek niet bedenken. Natuurlijk verdient de organisatie lekker geld, en natuurlijk wordt er al nagedacht over dependances in LA, Australië en Engeland.



Maar ik kom er dus niet zo goed uit. Sommige mensen willen beroemd worden. Ongeacht hoe. Andere mensen kunnen iets heel goed, zoals pianospelen, verhalen vertellen of grapjes maken. In beide gevallen lukt het een aantal om daadwerkelijk in de schijnwerpers te staan, de ene met wat meer watt dan de ander. Is er nou een verschil tussen hen? Zijn de eerste oppervlakkig, omdat ze zichzelf verkopen aan de duivel en de tweede kunstzinnig omdat ze talent hebben? Of is talent eigenlijk ook maar een toevallig ontdekt kunstje, waarvoor zo iemand helemaal niet hard heeft hoeven werken, terwijl de eerste groep heeft aangetoond doorzettingsvermogen te hebben om hun uiteindelijke doel te bereiken?

En hoe zit het met de mensen die wel talent hebben maar er verder niets mee doen? Of mensen die hun talent niet interessant vinden en iets heel anders nastreven? Zouden die niet eigenlijk gedwongen moeten worden om hun talent te gebruiken? En, o jee, zouden er ook mensen zonder talent zijn? Welk verhaal zou daar dan achter zitten?

woensdag 18 november 2009

IDFA

Over een paar dagen begint het IDFA weer; tien dagen vol interessante, ontroerende, mooie en heftige documentaires. Ik verheug me al weken. Ik kan niet wachten tot de lichten langzaam uitgaan, onderstaande trailer (gemaakt door Jaap Drupsteen) klinkt, en ik me kan verliezen in de werelden van anderen. Het gevoel dat erbij hoort, om om tien uur op een doordeweekse ochtend met een kopje koffie in een zaal met twintig anderen naar een Amerikaanse school uit de jaren zestig af te reizen. Of om op vrijdagavond, tussen honderden andere mensen me te begeven naar eenfilm over water. Ieder moment is weer anders, ze zijn allemaal heerlijk.

Afgelopen weekend heb ik dagenlang gelezen, geselecteerd en gepland, om eindelijk tot een prachtig schema te komen. Volgende week duik ik onder, om 25 films te zien, over Afrika, kapitalisme, wereldverbeteraars, mondialisme en muziek. En ik ga ongevraagd (want dit is tenslotte mijn uitlaatklep en wie het niet wil weten leest het lekker niet) mijn conclusies hier achterlaten.
Voor iedereen die nog wat tijd moet doden volgende week, koop een kaartje voor: The Yes Men Fix the World, Tapped, Food Inc. U.N.ME of The Miscreants of Taliwood, om er maar een paar te noemen. Voor iedereen die alvast een fijn voorproefje wil, bij deze een link naar een van mijn favorieten van vorig jaar (die je wellicht in 2 delen moet kijken, ivm het programma waarin hij speelt). Pas op, je zou er wel eens een bewuste consument van kunnen worden..

woensdag 11 november 2009

Mad Men

Ze roken de godganse dag, ook zwangere vrouwen., Ze drinken al voor het middaguur hun eerste whisky of cognac en je kunt hen zelfs achter het stuur lurkend aan een fles sterke drank zien. De mannen behandelen vrouwen alsof het mindere wezens zijn, ze beledigen hun gesprekspartners keihard maar wel met een vriendelijke glimlach. Ze zijn Mad Men.

Mad Men speelt zich af in de reclamewereld van de jaren zestig op Madison Ave in New York. De serie draait om Don Draper, een gelikte jongen die niet alleen op zijn werk, maar ook privé prachtige illusies verkoopt. Zijn vrouw Betsy is mooi en wil meer dan moeder zijn in een ingeslapen buitenwijk. Naast zijn gezin en zijn werk heeft Don ook zijn handen vol aan de vrouwen in zijn leven.

Ik ben al maanden verslaafd. Aan de sfeer van de jaren zestig, die je terug ziet in uiterlijkheden (kapsels, kleding, meubilair) en gedrag (het roken en drinken en gesprekken, maar ook familieverhoudingen, relaties, ambities). De geweldige dialogen, de intriges, de verhaallijnen. Eens in de zoveel tijd zijn er van die series die je de werkelijkheid even laten vergeten. Zo was er hiervoor Six Feet Under. En nu is er dus Mad Men.

Voor een ieder die nog steeds niet weet waar ik het over heb: foei! Koop de dvd en zorg dat je niets te doen hebt de komende dagen.

donderdag 5 november 2009

Poes

Vroeger had ik een witte knuffelpoes, die met haar voorpootjes naar voren en achterpootjes naar achter gestrekt lag. een soort tochtstrip zeg maar. Zij heette Tamara (dus was het een zij). Tamara ging mee logeren, lag iedere nacht braaf naast me in bed en mocht zelfs de operatiekamer in toen ik op mijn achtste aan mijn oog geopereerd werd. Na de operatie scheen te zijn doorgegeven aan mijn ouders dat Tamara van Oort naar de recovery was gebracht...

Jaren later kwamen de katten van vrienden logeren. De kleinste werd nogal hardhandig behandeld door de grotere kat, wat bij mij en mijn toenmalige huisgenoot genoeg medelijden opwekte om voor te stellen het beestje een nieuw huis aan te bieden. De oude baasjes gingen akkoord. En zo kwam Persil in mijn leven. Voor de goede orde: haar vorige eigenaren hadden haar deze naam gegeven. Wij kwamen er al snel achter dat ze ook op Strepsil reageerde. What's in a name.

Persil maakt me blij. Ze huppelt door het huis, wacht me op als ik na een lange dag thuis kom, kan in de raarste houdingen liggen en is een enorm levend knuffelbeest. Ze maakt me ook gek. Zo kan ze onafgebroken urenlang miauwen zonder enige reden, zet ze haar scherpe nageltjes in al mijn meubilair en heb ik sinds de dag dat ze in huis kwam geen nacht meer door kunnen slapen zonder door haar gestoord te worden op een of andere manier. Ik ben ervan overtuigd geraakt dat ze erger dan een kind is, omdat ze niet opgroeit. Zoals ze nu is, blijft ze voor altijd.

Ik probeer niet te vaak over haar te praten, want ik haat mensen die het alleen maar over hun katten hebben. Alsof het kinderen zijn. Maar als ze dan 's ochtends, na een nacht lang rondrennen, op mijn hoofd springen, miauwen en aan de deur krabben totdat ze eindelijk in de slaapkamer mocht, naast me ligt, met haar pootjes over haar neus gevouwen, dicht tegen me aan.... Dan wil ik alleen maar foto's maken en iedereen vertellen hoe leuk ze wel niet is. Ik vrees de dag dat ik ooit wellicht echt moeder word.

maandag 2 november 2009

Bed

Ik denk al dagen aan een groot Hästings bed. Zo'n bed dat tien keer zo groot is dan een normaal bed, waar je in principe in zou kunnen leven. Het lijkt me heerlijk om daar in te liggen. Een tijdje op mijn rechterzij, effetjes een slaapje doen, en dan hup op links voor dezelfde exercitie. En dat dan maanden achter elkaar.
Met een donzen dekbed, dat wollig om je voeten ligt, die geen ijsklompjes of klef bezweet, maar precies goed zijn. Met je neus net boven het dekbed uit, je haar in de war van het draaien. Héél soms zou ik er dan even uit komen. Om naar de wc te gaan of om een kopje thee te zetten (alhoewel het ideale bed natuurlijk een kastje met thee en een waterkoker ernaast heeft). Verder droom ik dan gewoon lekker wat voor me uit. In mijn slaap of met mijn ogen open. Dan droom ik de wereld zoals ik hem zou willen zien, zonder dat ik er enige moeite voor hoef te doen. En dan soms even een film kijken, om mijn zinnen te verzetten.
Ik denk dat ik in een vorig leven een bruine beer of een woelrat ofzo was. In ieder geval een beest dat aan winterslaap doet. In slaap vallen in september en eind april mijn ogen weer open doen. Het lijkt me wel wat.

zondag 1 november 2009

Levenslessen

Mijn oma werd in september 86. Ze werd geboren in Bocholtz, groeide op in het roomse Zuiden, trouwde met een man die van haar hield, en waar zij van hield, en kreeg een dochter. Tegen alle druk van vooral de pastoor in bleef het daarbij, zodat ze dat ene kind later een goede toekomst konden bieden. Ze emigreerden naar Canada maar kwamen na twee jaar terug toen bleek dat haar ouders niet mee konden. Haar geliefde overleed toen zij 57 was, en sindsdien is er nog één platonische liefde geweest. Aan mijn oma's lijf geen polonaise. Tot anderhalf jaar geleden woonde ze in haar eigen flat, en kroop ze twee keer in het jaar op een stoel om de gordijnen af te halen en te wassen in de badkuip. Zo'n vrouw is mijn oma.

Als ik haar vraag of ze gelukkig is met het leven dat ze geleid heeft knikt ze ja. Ze had een lieve man, een geweldige dochter, en fijne kleinkinderen. Ze heeft gereisd, alhoewel ze dat nu alleen nog maar weet omdat ze zichzelf op foto's ziet staan.
In de tijd waarin ze opgroeide was een geen ruimte voor ambities en dromen. Na de basisschool ging ze schoonmaken bij een Mevrouw. Toen ze trouwde stopte ze met werken om voor haar gezin te zorgen. Ik weet niet of ze zichzelf gek maakte met dromen van grootse daden, waarvan ze wist dat ze niet realiseerbaar waren.
Vroeger ging ze dansen met mijn opa. Nu loopt ze steeds krommer, zich vasthoudend aan leuningen, looprekjes of armen. 's Ochtends duurt het een half uur voordat haar stramme ledematen weer op gang zijn gekomen. Desondanks gaat ze, wanneer het weer het toelaat, nog elke dag een uur of drie wandelen, tegenwoordig met rollator.

Ze woont in een bejaardentehuis en voelt zich nutteloos. Dat verbaast me, want zoveel deed ze hiervoor toch niet? En daarnaast, zo op het einde van je leven mág je toch ook niets meer hoeven doen? Ze vind het echter vreselijk dat anderen haar kamer (slecht) schoonmaken, dat ze de was schoon en gevouwen terug krijgt. Ze ergert zich aan 'die oude mensen' om haar heen. Als ik haar zie, zo'n vier keer per jaar, verzucht ze voornamelijk dat ze me zo weinig ziet. Als ik een gesprek met haar probeer te hebben luistert ze met een half oor, omdat ze 'het toch allemaal niet meer begrijpt', zoals ze zelf zegt.

Ik probeer te begrijpen waar haar onvrede vandaan komt, hoe het kan dat ze opeens minder gelukkig is. Zij leerde me namelijk altijd dat je niet zo veel nodig hebt om gelukkig te zijn. Dat je het moet zoeken in de kleine dingen. Maar misschien moeten zelfs die kleine dingen een bepaalde grootte hebben. Want als ze te klein worden, als je wereld te klein wordt, als je bijna niets meer zelf kan doen, dan voel je je minder mens.
Sinds ik me kan herinneren roept ze dat ze honderd wil worden, "maar dan wel als ik helder blijf". Ze wordt langzaam minder helder, maar ik zie haar nog wel zo oud worden. Ik hoop alleen met heel mijn hart dat ze de vrouw blijft die ze is. Misschien ietsje minder helder, maar wel nog steeds met haar humor en haar relativerende blik op het leven.