woensdag 28 oktober 2009

Afscheid

In het gunstigste geval weet je dat het er aan zit te komen. Dan is er een datum, of een vermoeden, of op zijn minst stille hints.
Het nadeel daarvan is dat je langzaam maar zeker je gevoel kunt opbouwen. In het begin is het een steentje, dat ver weg op je pad lijkt te liggen, maar dat geen grote hindernis lijkt te zijn.
Wanneer de datum (laten we daar gemakshalve even van uit gaan) dichterbij komt, zie je dat het steentje groter is geworden. Eerst was het iets dat in je schoen in een holletje onder je teen gekropen was, nu zit het gewoon vervelend onder de bal van je voet. Je kunt er al niet meer omheen. Naarmate de tijd verstrijkt kruipt het naar je maag, waar het doorgroeit tot een flinke kei. Het is er niet altijd, maar als je eraan denkt, of soms op onverwachte momenten, voel je opeens hoe hij meedeint met de bewegingen van je buik. Hij groeit tot hij ongeveer zo groot als een baksteen is.
Dan, plotseling, zo snel dat het lijkt alsof je per ongeluk even niet hebt opgelet, doe je je ogen open en sta je voor een immens hoge berg. BAM. Zie daar nog maar eens onopgemerkt langs te komen.
Dat gaat dus niet. Je moet eroverheen. Of er doorheen desnoods. En als je dan boven aan de top bent, en je alweer kunt uitkijken naar de rest van je weg, ben je alleen maar uitgeput en moe. Zo moe dat je die weg niet eens ziet. En je alleen maar probeert te zien hoe het pad naar beneden loopt.

Het mooie is dat veel afscheid niet voor altijd is en dat er een weerzien zal zijn. Hoe dan ook. Dat zijn de takjes onderweg, waar je je aan kunt vastklampen zodat je niet uitglijdt.

dinsdag 20 oktober 2009

Seizoenen

Ik hou niet van seizoenen. Althans, ik hou niet van vallende blaadjes, koude handen op de fiets, regenbuien die de hele dag door de stad striemen, waarvan je weet dat je er niet aan zult ontkomen, omdat je op zijn minst even aardappelen en andijvie moet gaan kopen. Ik hou ook niet van de dagen die bij sommige seizoenen horen. Sinterklaas, kerst, oud en nieuw. Mag van mij allemaal op één hoop worden gegooid en gedelete. Weg ermee. Gezelligheid kan ook anders.
Ik kan niet schaatsen en ik ben vegetariër, dus ijspret en boerenkool met worst gaan ook aan me voorbij. En dan de dramatiek van het nieuwe jaar, dat je zin hebt in een frisse start, maar dat de kou buiten je weerhoudt van enig initiatief dat daartoe zou kunnen leiden. En dan heb ik het nog niet eens over het einde van de winter, als je je echt niet meer kan herinneren hoe het voelde om de warme zon op je huid te voelen, en je lippen steeds schraal zijn en je je zomerkleren weer uit de kast wil trekken maar het nog veel te koud is om daar aan te denken.

Ik hou wel van de geur van de lente, en dat alles open gaat, en nieuw is. Het gevoel dat je de wereld in wil omdat die zo mooi is. Ik hou ook van boswandelingen waarbij je met je voeten door de beukenootjes loopt, en ik hou van Amsterdam, als het ijs glinstert op de grachten en de sneeuw elke brug op een foto van Jacob Olie laat lijken.
Maar vooral hou ik van de zomer, met vrienden op terras of in park, frisse slades met vruchten eten, om elf uur door de stad fietsen terwijl het nog licht is.

Alleen, het duurt nog zo verschrikkelijk lang tot het weer zover is. Ik vrees dat het aantal keren dat ik door de regen moet fietsen vele malen groter gaat zijn dan de boswandelingen die ik zal maken, en dat de sneeuw de eerste uren prachtig ligt te zijn en dan verandert in een grote modderpoel waar je met je fiets kan uitglijden.
Met andere woorden: ik kom er niet uit. Ik houd van kleine momentjes binnen bepaalde seizoenen, en van andere seizoenen in het algemeen. Op dit moment ziet het er niet goed uit. Ik kruip in bed. Bel me maar als de bomen weer gaan bloeien...

woensdag 14 oktober 2009

Vuur

De avondlucht rook naar verbrand hout vandaag.
Het bracht me terug naar lange nachten rondom het kampvuur met vrienden.
Terwijl ik door de stad fietste zag ik de weilanden, het bos, de duinen. Ik hoorde weer gesprekken, voelde het geluk van het moment daar te zijn waar ik was. Er was bier, wijn, muziek. We praatten, rookten sigaretten, of staarden zomaar een tijdje in de vlammen. De rest van de wereld deed er verder niet toe. Er was geen rest, wij waren er, verder niets. Het was goed zo.
Onze huid brandde nog na van de zon van die dag, onze ruggen waren koud omdat ze van het vuur afgekeerd waren. Hoe later het werd, hoe dieper de gesprekken, alhoewel we later niet meer wisten welke geniale ideeën we bedacht hadden.
Daarna kwam er dan altijd dat moment dat het vuur doofde, we de lege flessen opruimden en rillerig in koude slaapzakken of onder strakgetrokken dekens kropen.
Maar nee, ik zat gewoon op de fiets. In de stad. Met koude handen en de wind in mijn haar.

zondag 11 oktober 2009

PIET

Mijn vader heet Piet. Dus toen ik een half jaar geleden werd uitgenodigd op Facebook om vrienden te worden met PIET, wist ik even niet wat ik zag. Wat? Mijn vader? Op Facebook? Al snel bleek natuurlijk dat mijn vader deze digitale stap nog lang niet gezet had (en nooit zal doen, vermoed ik).
PIET is een band.
PIET bestaat uit lieve mensen die Amsterdam al maanden mooier maken door regelmatig van zich te laten horen. Als ze doorgaan met de vaart die ze nu hebben dan weet binnenkort iedereen van PIET.
Aangezien ze net hun eerste clip hebben opgenomen, leek dat me nou een mooi moment om aan hen een post te wijden.
Bij deze dus.

dinsdag 6 oktober 2009

Muziekarchief

De afgelopen tijd bestond mijn soundtrack (je weet wel, de muziek die alles wat je doet, begeleidt) uit een paar cd's, die ik eindeloos op repeat zette.. Mooi, ontroerend, fijn, maar ietwat eentonig. Niets verkeerd mee, maar langzamerhand kreeg ik toch weer zin in de rest van mijn cd collectie (die nu natuurlijk al lang in mijn iTunes staat, cd's raak ik bijna niet meer aan helaas). Nu word ik de hele tijd blij van alle andere mooie, ontroerende en fijne muziek die er is, of die ik heb. En in die blijdschap deel ik graag.
Dus bij deze een liedje van Joan as Policewoman. Check het vooral zelf verder uit op youtube, want ik heb er nu maar één gekozen, en haar beide cd's staan er vol mee.

vrijdag 2 oktober 2009

Vakantie

Steeds als ik op het pontje naar Noord sta voelt het even alsof ik op vakantie ben. Met de wind in mijn haar en een vleugje zoute zeelucht dat via het Noordzee kanaal aan komt waaien, lijkt het alsof ik even los raak van alles. Mijn gedachten gaan uit, ik sta alleen maar mijn ballans te zoeken op het deinen van het water.
Steeds weer krijg ik dan herinneringen aan een buitenlandse boottocht. In Indonesië op weg naar Komodo, over de Niger naar Timboektoe, of de ferry naar Staten Island. In minder dan vier minuten reis ik de wereld over.
Ik vraag me steeds af of de mensen die in Noord wonen ook dat vakantiegevoel hebben als ze de pont nemen en ze dan bijna iedere dag even aan een bijzondere plek denken waar ze ooit zijn geweest. Of zou dat gevoel langzaam maar zeker devalueren, zodat ze uiteindelijk gewoon op de pont staan, en verder niets? Of nog erger, dat ze misschien op vakantie, op een boot in China, tijdens een toch over de Amazone of op weg naar Kos, uiteindelijk alleen maar kunnen denken aan de pont naar Centraal Station?
Hmm, ik blijf voorlopig nog maar aan deze kant van het water wonen, zodat ik wanneer ik wil even op vakantie kan.

Mopje

Zegt het ene minderwaardigheidscomplexje tegen het andere:

- Joh, kom op, er zijn ook mensen verliefd geworden op mij, dus dan zal het bij jou ook heus wel lukken.