zaterdag 27 december 2008

De laatste lach

Als je zwanger bent blijk je overal vrouwen met kinderwagens te zien. Als je het getal 23 belang toekent kan je alle cijfercombinaties die je dagelijks tegenkomt tot dat getal terugbrengen. En als je van bepaalde muziek houdt is het opvallend hoe de artiest en zijn muziek de wereld om je heen bevolken. En dan heb ik het niet over artiesten als Coldplay en Amy Winehouse die elk moment op de radio zijn en die iedereen schijnt te kennen.

Kijk, dat ik in New York op 14th Street aan een liedje van Rufus moet denken is logisch, daar zingt hij over. Net als op 5th Avenue, of in de Tiergarten in Berlijn. Da's niet zo gek. En dat ik, als ik kijk hoe laat het is en het blijkt 11:11 te zijn, moet glimlachen heeft waarschijnlijk meer met mij te maken.

Maar langzaam begin ik te geloven dat hij overal is. Als tweede stem in een liedje dat een nieuwe vriend me liet horen (die overigens zelf niet wist dat Rufus meezong), in gesprekken van wildvreemde mensen om me heen. En in het Nederlandse cabaret. De Nederlandse cabaretwereld heeft Rufus ontdekt dames en heren. En dan heb ik het niet over een beginnende cabaretier die een liedje van hem covert of vervormt. Nee, eerst hoor ik Lebbis een heel verhaal over Rufus houden (in een betoog voor downloaden overigens) en vervolgens sluit de cabaret goeroe van dit moment, Freek de Jonge, zijn laatste show af met een liedje waar niet alleen Rufus, maar zijn hele familie zingt.

Tja, dan is mijn dag ook weer goed.

donderdag 18 december 2008

Alles is goed

Gisteren zag ik de voorstelling 'Alle is goed' van Geinke Deuten.
Een voorstelling over de laatste twee mensen op aarde en vijf herten die hen proberen te redden van de ondergang. Ik was direct fan van de herten. Die twee mensen konden me niet zo veel interesseren. Het enige wat zij deden was de hele situatie ontkennen. Uit paniek. Maar ook omdat dat ons zo eigen is.
Alles wat ik verder over ontkenning zou willen zeggen wordt helaas een verschrikkelijk cliché of een aantijging die ik helemaal niet wil maken.
Dus verleg ik de aandacht subtiel naar de hertjes. Die dus echt geweldig zijn.

vrijdag 12 december 2008

Kerstsfeer

Ik hou niet van feestdagen. Opgelegde gezelligheid gaat er bij mij nou eenmaal niet zo goed in. Verplichte etentjes, gezellige momenten, een kerstboom. Voor mij hoeft het niet.
Maar na het zien van onderstaande filmpje kreeg ik spontaan zin om kaarsen aan te steken. Een wijntje in te schenken. En iedereen te bellen waar ik van hou om ze te vertellen dat ik van ze hou.
Of, wacht even, nee, ik ga gewoon nog een paar keer kijken.



De allervriendelijkste en lichtelijk zenuwachtige heer links is Jorn Weisbrod, de vriend van Rufus, voor wie dat nog niet wist.

maandag 1 december 2008

Dag 7: grande finale

Al meer dan een week vraag ik me af welke film ik dit jaar als de beste zou kiezen. Ik zag documenaires die mooi, nodig, informatief of ontspannend waren. En sommige die naar waren. Maar ik kon niet kiezen. Er stak er geen één bovenuit.
Onbewust had ik the best for last bewaard. Gisteren zag ik drie erg indrukwekkende films. De minst interessante was Devils Bargain, over de internationale, illegale, wapenhandel (itt de legale wapenhandel). Qua onderwerp heel interessant, maar de voice over van Kiefer Sutherland kon me niet helemaal bekoren en de beelden waren me iets te 'National Geografic' achtig. Afgezien daarvan was het wel een goede documentaire, die me vooral weer in verbazing over deze wereld achterliet.
Op een gedeelde eerste plaats staan Standard Operating Procedure, van Errol Morris die ook Thin Blue Line heeft gemaakt, en Addicted to Plastic, van Ian Connacher. Morris, die allerhande bijzondere technieken gebruikt bij het maken van zijn films, heeft het verhaal achter de foto's van Abu Graib gevangenis in Irak gefilmd. Interviews met de betrokkenen (Amerikaanse soldaten), mooie collage's van de foto's zelf en nagespeelde scènes om het geheel levendig te maken (wat niet nodig is voor mensen met een goede fantasie). Indrukwekkend, ongelofelijk en dan ook nog mooi.
Voor Addicted to plastic heeft Connacher twee jaar de wereld over gereisd om met wetenschappers, idealisten, ondernemers, onderzoekers, activisten en fabricanten te praten over de belangrijkste stof in ons leven: plastic. Kijk voor de lol even om je heen en zie waar het staat, hangt of ligt. En bedenk dan dat het ook nog zit in de helft van alle dingen waar je het niet verwacht. Plastic is overal. En dat is niet goed. Want plastic is niet afbreekbaar. Dus zit het in de grond, wordt het weggespoeld met de regen, komt het uiteindelijk in de zee, in vissen en vogels en ook in ons terecht. In miniscule deeltjes. Maar toch. Los van de inhoud was het ook nog eens een fijne film om naar te kijken: snel (maar neit te) gemonteerd, leuke animaties, heldere beelden en een goede voice over.
En nu is het voorbij. En heb ik vierkante oogjes en heel veel indrukken om te verwerken.

Dag 6: spijbelen

Ik heb gespijbeld. En het was heerlijk. Ik heb lekker op zaterdag uitgeslapen en Gods, gambling and LSD aan me voorbij laten gaan. Ik had al van horen zeggen begrepen dat het niet de meest indrukwekkende film was. Dus dat geloof ik dan maar. Ik hoefde nu pas om 15 uur aan te treden voor een film over Rwanda. Altijd leuk op zaterdagmiddag.
Iseta, behind the roadblocks, gaat terug naar een straat in Rwanda. Veertien jaar geleden werden hier de enige beelden gemaakt van daadwerkelijke moorden tijdens de genocide. Er zijn meer dan en miljoen mensen hier vermoord, maar alleen deze vier staan op tape. De journalist die ze maakte gaat terug en praat met nabestaanden om de mensen die je in de verte kunt zien een naam en een gezicht te geven. Erg indrukwekkend. Zeker als je daarna de families samen met de moordenaars naar de beelden ziet kijken. Dan rijst de vraag: mag je dit doen, voor een film? Blijkbaar wel. Jammergenoeg had de interviewer die het gesprek met de regisseur achteraf leidde zich niet goed voorbereid en eindigde het geheel met een geïrriteerde zaal over zoveel onprofessionaliteit.
Uren later viel ik bij .In for morion steeds bijna in slaap. Het enthousiasme van anderen uit de zaal deed me twijfelen aan mijn eerdere stelling over hoe interessant zo'n film dan is. Misschien lag het toch aan mij? Gelukkig kon ik 's avonds wel wakker blijven bij Heart of Factory. Over fabrieksarbeiders die het woord communisme weer zijn eigenlijke betekenis teruggeven. Che's geest leeft voort. Gelukkig. Leve de revolutie!

zondag 30 november 2008

Dag 5: aantekeningen

Op vrijdag zag ik in 12 uur 9 uur film. Dat is veel. Daarom maak ik tegenwoordig aantekeningen, in het donker, van de gedachten die me invallen of de beelden die me opvallen. Zodat ik er niet meer over hoef na te denken en ik me kan focussen op de film.

Een kleine opsomming van wat ik zoals schreef:
Ik zeg boomhut, Irian Jaja. Dromen van naakte vrouwen voor de jacht, Groenland. Koelkast onder het mos, Siberie. Waarom kopen mensen dit soort lelijke jassen? India Elsewhere. Afrikaanse muziek in Amsterdam. Zwarte kaasmeisjes op Koninginnedag. Zijn deze beelden chronologisch? Tekst licht op in tussenstukjes. Bridging the gap, Veel lucht in beeld. Hij groette met twee gesloten vingers! Maybe the wasps are the aliens? Visseoog bij horizonshots. Calling E.T. Hele snelle shots van NY. Waarom? Shot zielige kindje tussen drinkscène!! Wat doet Tiffany in China? Iemand draagt een pacman t-shirt! Prachtige shots van ondergaande zon met schoorstenen die rook uitblazen. Not evil, just wrong. Ze zijn allemaal in de natuur geinterviewd. Krentebol op Hitlers verjaardag. Le sacre du printemps..beetje vreemd hier. Goetheboom werd ook gebombardeerd. ('waar Goethe allemaal literaire dingen heeft zitten doen'). Verschrikkelijke afsluitingsmuziek. Melt into the background. We returned to the set without the actors. Water with or without gas? Hij spreekt zijn talen.. Wij moeten lol maken (omdat zij het niet meer kunnen?). Pizza in Auschwitz.

vrijdag 28 november 2008

Dag 4: slaap

Ik weet dat ik momenteel niet de meest gezonde levensstijl praktiseer. Waardoor ik wellicht iets vaker moe ben dan zou moeten. (ik wijt het zelf het liefst aan de winter), maar als ik in slaap val bij een documentaire, heb ik toch het idee dat het niet echt een goede documentaire is. Goed, het was de vijfde film vandaag, maar toch. Hoewel het uitgangspunt (Chinezen die hun huis uit moesten omdat de overheid een waterkrachtcentrale wil bouwen waardoor het rivierwater stijgt) heel interessant was werd het toch vooral een constante stroom van ruziënde Chinezen. Waardoor ik in slaap viel. Ik vond het vooral jammer dat ik bij het zien van de beelden van China het land wel nog kon voelen, maar niet meer kon ruiken. Of me dat althans niet meer kon herinneren.
Verder vind ik het noemenswaardig dat ik vandaag o.a. de film heb gezien die doorgaans als de eerste documentaire wordt gezien. Uit 1922. Over eskimo's.

donderdag 27 november 2008

Dag 3: De werkelijkheid verzin je niet

Een documentaire over documentaires maken. Alle grote namen komen voorbij en vertellen over hun ervaringen. Werner Hertzog, Nick Broomfield, Hubert Suaper. Over een onderwerp vinden, een verhaal maken. Dat verhaal weer aanpassen, loslaten, doorgaan. Film je zelf, wie doet het geluid, welke besluiten neem je in de montage. De werkelijkheid verzin je niet, maar je kunt hem wel manipuleren. Fragmenten van films, waarvan ik er gelukkig best al een anatal gezien heb. Ik loop naar buiten met een nieuwe lijst in mijn boekje.
Dan word ik thuis getrakteerd op een film over NIck Drake uit 1999. Wat een feest.


maandag 24 november 2008

IDFA dag 2

Hoe vreemd is het dat iedereen op deze wereld zijn eigen taal spreekt? Films laten Aboriginals zien die een taal spreken die al meer dan duizenden jaren oud is, maar die klinkt alsof ze jibberisch praten. En de Afrikanen in vluchtelingenkampen vertellen verschrikkelijke verhalen in woorden die niet lijken op de ellende die ze beschrijven.
En dan die andere taal, van beelden. Die steeds weer nieuwe verhalen vertellen. En nieuwe werelden laten zien die ik ook wil ontdekken. Close-ups van spinnenwebben, verlengsnoeren in de Australische jungle of mensen die alleen maar wachten op eten. Mensen die verschrikkingen hebben gezien en meegemaakt die ze met niemand kunnen delen, omdat iedereen hetzelfde heeft meegemaakt.
En hoe mooi is deze wereld dat de mannen in Australië vertellen dat ze in hun dorp net als Nelson Mandela proberen te zijn. En dat ezelthes in Afrika ondanks alle ellende blijkbaar toch hun kans hebben gegrepen en dan zwanger zijn. Alhoewel die kleine ezeltjes het waarschijnlijk weer heel zwaar zullen hebben.
En door dit alles beleef ik de taal van de geur. Van de Aboriginal kindjes naast me in de bus, jaren geleden. Of de mensen naast me op straat in Coober Pedy. De stoffige Afrikaanse wegen als de avond valt. De geur van de vuurtjes op straat. Jammer dat je die er niet ook bij krijgt in de bioscoop.

vrijdag 21 november 2008

IDFA inspiratie

Er gaat (bijna) niets boven het IDFA. Ik kan misschien nog drie andere dingen bedenken, maar dan houdt het ook op. Een dag lang in een zaal zitten en allerlei verschillende werelden over je heen laten komen die inspireren, nieuwe ideeën laten opborrelen en prachtige verhalen vertellen.
Vandaag was het Amerika-dag. Met een docu over de Amerikaanse staatsschuld, die ik niet kan navertellen maar die veel indruk maakte, films over JFK, over Clinton, over hippies in de Californische woestijn en over de onbegrijpelijke situatie in Darfur.
Hoewel de laatste de minst 'mooie' film was was dit de enige documentaire waarvan ik dacht, hier is het medium voor bedoeld. Of: zo moet het gebruikt worden.
Waar ik echter ook de hele dag blij van werd waren de kleine gedachten die door mijn hoofd schoten: Wat had JFK vreemd haar, wat een gek beestje daar achter op die bus, wat kon Jacky K haar voeten gek buigen, wat zijn Afrikaanse kindjes mooi, he, die meneer trekt zijn kind uit beeld, wat kijkt die vrouw achter Clinton zuur.
En vooral: wat een bizarre wereld is dit toch.

maandag 17 november 2008

Nut

Afgelopen weekend had ik een lange discussie over het nut van blogs, hyves, myspace, facebook, sms, msn, email, twitter en wat daar niet meer zij. Men vroeg zich af wanneer je dat allemaal moest doen en wie daar nou in godsnaam tijd voor had. Dat waren natuurlijk allemaal mensen die computers eng, stom of oninteressant vinden. Geen mensen die er dagelijks achter zitten en soms wat afleiding nodig hebben.
Op zijn minst houd het je lekker bezig, zou ik zo zeggen. En soms is het handig om op de hoogte te blijven van de muzieksmaak van je vrienden en dergelijke. Kijk, ik weet ook wel dat ik dit alleen voor Amis schrijf. Maar dat is dan toch gezellig? Weet jij ook weer waar ik het over heb gehad terwijl jij in Jakarta zit..

donderdag 13 november 2008

Goed nieuws

Gisterochtend werden Amerikaanse commuters getracteerd op een gratis editie van de New York Times. De edtitie, waar meer dan een half jaaraan was gewerkt, werd door honderden vrijwilligers op straat en in metrostations uitgedeeld aan voorbijgangers.
Hier kan je zien hoe men reageerde op de krant en hier kan je de online versie lezen.
Het zou toch mooi zijn als op 4 juli 2009 echt zo'n krant zou kunnen verschijnen. Misschien dat alle hoop die nu niet alleen in Amerika, maar in de hele wereld leeft, hier uiteindelijk toe kan leiden.
Of is dat alleen maar valse hoop?

zaterdag 8 november 2008

Inspiratie

Ik ben alweer drie weken thuis, en het leven van alledag neemt weer de overhand. Logisch.
Het gevolg daarvan is dat ik minder vaak nieuwe mensen ontmoet, minder bijzondere ervaringen heb en minder koffie drink.
Maar ook hier, gewoon in Amsterdam, is overal inspiratie te vinden. Zoals tijdens de verkiezingsnacht bij CREA, alhoewel de inspiratie toen toch weer uit Amerika kwam. Of bij het concert van Leonard Cohen, alhoewel dat in Rotterdam was. Of in gesprekken met vrienden in de kroeg.
Vanavond kreeg ik inspiratie van de theatergroep die al jaren mijn hart sneller laat slaan, Bambie. Met Bambie Treize (13) dit keer. Met scene's waarin uit ramen wordt gesprongen, waarin tijdnes een zoen gedanst wordt, waarin mannen elkaar proberen te overtreffen om het hart van een vrouw te winnen. Met prachtige kromme Franse zinnen, geweldige verkleedpartijen en ontroerende vondsten. Mensen die zo licht bewegen dat ze lijken te zweven, dat de dingen die ze doen en de bewegingen die ze maken geen moeite lijken te kosten.
En eigenlijk is dat het nog niet eens. Eigenlijk gaat het uiteindelijk gewoon pm het feit dat mensen dit maken. Voor ons. Voor mij.

zaterdag 25 oktober 2008

Overzichtje 2

En wat betreft 'cultuur':

Louden Wainwright III
Joan as a Poliewoman
Ben Folds
Missy Higgins (ok, als voorprogramma van Ben Folds)
The Blue Shades
Jonathan Richman
Hot Chip
Luke Wesley
Kill Sonic
FuerzaBruta (theaterspektakel)
The NY Ballet (dans)
NIck and Nora's infinite playlist (film)
Vicky Christina Barcelona (flm)
en nog een stuk of vijf vage bandjes in kroegen her en der in de stad.

Overzichtje

Toch altijd leuk om te maken. In vier weken tijd heb ik:
2 x sushi
1 x chinees
2 x mexicaans
4 x burgers
1x vegetarische kip met friet
2 x thais
2 x thuis gekookt
1 x japans
1 x ethiopisch
1 x soulfood
2 x pizza
(en nog zo'n 11 keer vage dingen op het vuistje of helemaal niet) gegeten.

donderdag 23 oktober 2008

Heimwee

Ik weet, ik ben een romanticus, en dus heb ik een overdreven hang naar het verleden. Ik maak het zo mooi mogelijk in mijn gedachten, om er dan weemoedig van te worden.
Ik ben niet iemand die na haar vakantie weer lekker fris aan het werk gaat. Ik verlang alleen maar terug naar New York.
Nu heeft het leven van alle dag me deze week ook niet overtuigd van zijn aantrekkelijkheid. De UvA heeft in de weken dat ik weg was mijn email afgesloten, waardoor ik deze week weinig nuttige dingen op mijn werk kon doen (wat houden we onszelf bezig met het sturen van mailtjes..). Daarnaast is het hier ook nog eens veel kouder dan in New York. Een week geleden zat ik op een dak naar Manhattan te kijken...
Ik wil terug!

maandag 20 oktober 2008

Foto's


Ik heb vele pogingen ondernomen om een leuke diashow op deze site te plaatsen. Helaas, de techniek werkt niet mee. Dus vandaar maar een ouderwetse link, zodat iedereen die dat wil, hier mijn foto's kan zien.

zondag 19 oktober 2008

Tranen

De eerste en enige keer dat ik tranen heb gelaten omdat ik naar huis moest was in 2002, toen ik Nieuw Zeeland moest verlaten. Ik werd door Brooke in de vroege ochtend naar het vliegveld gebracht en 'moest' naar Australie. Tijdens het opstijgen zag ik tot mijn grote verdriet Nieuw Zeeland onder me verdwijnen en toen gebeurde het.
Daarna heb ik best wel een beetje rondgereisd, maar nooit weer moest ik huilen. Zelfs niet toen ik in 2006 weer uit Nieuw Zeeland weg moest. Ik had toen al bewezen dat ik terug kon komen. Als dat een keer zou lukken, zou het vast vaker gebeuren.
Gisteren (of eergisteren, dat hangt van de tijdzone af) moest ik weer huilen.
Deze keer werd ik op een taxi naar het vliegveld gezet. Toen hield ik het nog droog, alhoewel ik niet echt blij was. Het gebeurde zelfs niet na of tijdens het opstijgen. Het gebeurde pas veel later, toen ik naar muziek zat te luisteren, en langzaam het besef tot me doordrong dat ik weer op weg naar huis was. Het waren niet eens een paar tranen, het waren er een boel.

zaterdag 18 oktober 2008

Fiets

Uiteindelijk heb ik pas op mijn laatste dag in New York een fiets gehuurd. Zonde. Want fietsen in New York is nog leuker dan gewoon rondlopen in New York. Het was al na de middag toen we uiteindelijk op onze citybikes stapten. Ik voelde me de koning te rijk, zeker omdat ik J ver achter me liet, en me dus Amsterdams arrogant kon voelen. Toen we bergop moesten en we midden in de donderdagmiddag spits zaten bleek dat hij iets onbevreesder tussen de bussen en taxis door durfde te manouvreren. Het zou niet mijn eerste keuze zijn, om op dit tijdstip en door deze bepaalde straten te fietsen, maar ik kan iedereen aanraden te fietsen in Manhattan. Ten eerste gaat het een stukje sneller, en ten tweede maak je echt deel uit van de stad. Het was heerlijk! De volgende keer ga ik alleen maar alles op de fiets doen. Als het niet regent. En het overdag is. En niet te druk. Maar het was echt heerlijk!

Bekenden

Afgelopen woensdag, nog net op het nippertje, is het gebeurd: ik kwam iemand tegen die ik kende. Althans, iemand met wie ik drie weken eerder aan eenzelfde tafel had gezeten tijdnes het concert van Louden Wainwright III. Waar we toen even een praatje maakten. En nu liep ik hem plotseling tegen het lijf in een fietsenzaak waar ik een fiets wilde huren. Hij wist direct waarvan we elkaar kenden. Gelukkig. Want ik stond hem nogal peinzend aan te kijken.
Aangezien het lot ons verenigd had zijn we toen een beetje gaan rondlopen en praten. Zo kwam ik er al snel achter dat Scott 39 was, hij getrouwd is met 2 kinderen, 2 jaar geleden een eigen marketing bedrijf is gestart en hij vanaf het begin vond dat ik een geweldige energie uitstraalde. Kijk, dat praat lekker. Na anderhalf uur stapte hij weer op zijn fiets. Mij achterlatend met een tegen-het-lijf-loop-ervaring.

zondag 12 oktober 2008

Asheville

Dit is geen normale Amerikaanse stad.
Dat is me niet alleen duidelijk geworden door eigen ervaring, dat is ook wat iedereen die ik hier ontmoet me heel erg duidelijk wil maken. 'You know that it's different here, right? It's more relaxed, people are cool.' Wellicht denkt iedere Amerikaan dat over zijn 'hometown', maar in dit geval neem ik het graag aan.
In Asheville vind je een hoge concentratie dreadlocks, mensen die je high fiven op straat ('Hey man, you look like someone who would give a high five. High five! Yeah!'), gitaarspelende ouders (met spelende kinderen om hen heen). Daarnaast stikt het hier van de organic shops. Niet alleen grote supermarkten met alleen maar biologisch eten (AH eat this!), ook kleding en schoenenzaken waar alles ecologisch is. En dan heb ik het nog niet eens over alle coffeeshops en juicebars en organic restaurants.
Met andere woorden: Walhalla. Het bestaat.
En dan is het ook nog eens prachtig weer, zijn de buren superaardig, slaap ik in een droombed, is er kampvuur met muziek bij vrienden, een drumcircel op vrijdagavond met dansende mensen op het plein en breng ik de tijd door met iemand waar ik heel veel van hou en waar ik een bijzondere vriendschap mee deel.
Je zou wel kunnen zeggen dat dit geluk is.

vrijdag 10 oktober 2008

Ben Folds

En nu ik dan toch bezig ben, en eindelijk even tijd heb om te internetten dan ook even deze. Anderhalve week geleden in Terminal 5.

Mooie herinnering

Dit was zo'n twee en een halve week geleden, waar ik dus bij was (letterlijk aan Rufus' voeten..)

Starbucks

Ik moet het er toch maar eens over hebben. Over dit fenomeen in de Amerikaanse samenleving.
Natuurlijk ben ik tegen Starbucks. Het is immers een grote keten, die kleine gezellige coffeeshops weg concurreert en het straatbeeld vervuilt met zijn grote uithangborden. Daarnaast zullen ze zich vast ook schuldigmaken aan vuile praktijken, dat kan niet anders. De eerste dagen in New York heb ik dan ook enorm mijn best gedaan om NIET bij een Starbucks koffie te gaan drinken.
Het gevolg daarvan was dat ik dan om half een dacht: hmm, ik heb zin in koffie. Om vervolgens om twee uur, half drie, uiterst chagerijnig en met nog meer zin in koffie en met honger de eerste de beste lokale variant in te lopen voor een kleffe muffin een een slappe kop koffie. Ik werd ook soms verrast, door opeens wel een geweldige kleine coffeeshop tegen te komen waar ik dan urenlang zat te lezen en goede koffie dronk. Maar helaas kwam het eerste scenario vaker voor.
Tot ik met een vriend in een Starbucks belandde. Hij had me ertoe overgehaald (ze hebben geweldige koffie en zo vuil zijn hun praktijken niet. Meekomen!) en ik moet zeggen dat de vanilla late inderdaad heerlijk is. Terwijl ik nog een beetje morrend aan tafel zat (dit is tegen mijn principes, dit kan ik niet doen!) hoorde ik opeens dat Martha Wainwright gedraaid werd. Okee. Dat was niet slecht! In het halfuur dat volgde kwam Martha nog een keer langs, en werd een liedje van Rufus en twee van Teddy Thompson gedraaid. En toen was ik om. Ze hebben niet alleen goede koffie, ze hebben ook goede muziek!

Nu ik overigens op bepaalde plekken wel de leuke aparte koffietentjes ken zal ik die natuurlijjk altijd verkiezen boven de koffiegigant. Dan luister ik daar wel naar mijn eigen muziek..

Op pad

Ik hoor hier meer vogels, en het is hier ietjes warmer. Er zijn veeeeeel meer bomen, die langzaam rood kleuren en de huizen zijn duidelijk groter. Verder weet ik het nog niet zo goed, maar ik ben er ook pas net. Ik zit namelijk in Asheville, North Caroliona, waar Brooke woont. Even een weekendje weg. Al moet ik zeggen dat ik nu al met weemoed aan New York denk, waar dit weekend een goed toneelstuk is te zien en een leuk concert is op zondag. Die ik dus mis.
Maar het is wel heel fijn om Brooke te zien, te zien waar ze woont en met wie ze getrouwd is.
Ik ontmoette haar zeven jaar geleden in Nieuw Zeeland en zag haar in 2005 voor het laatst in Amsterdam. Hoogtijd om weer eens bij te kletsen. Maandagochtend vlieg ik achterlijjk vroeg weer terug naar huis, waar ik dan de dingen die ik echt nog wil doen in vier dagen moet proppen..

woensdag 8 oktober 2008

3 pm

Doen alsof je in NY leeft, wat mijn uiteindelijke doel was deze weken, heeft zijn voor- en nadelen. Een van die voordelen is dat je niet als een toerist de hele tijd door de stad moet rennen om alles te zien, je woont er immers dus dat komt vanzelf. Dat is meteen ook het grootste nadeel. Na ruim twee weken iedere minuut zo goed mogelijk besteed te hebben mag ik heus wel van mezelf eenn dagje niets doen. Dat doe ik thuis immers ook wel eens! Alleen schreeuwt het kleine toeristje in me dat er nog zoveel te zien en te doen is!
Gelukkig is de laatste tijd mijn dag en nachtritme iets meer (veel meer) richting nacht verschoven. Daardoor kan ik nu zonder gene tot 3 uur in bed liggen. Vannacht wordt het toch weer laat..

zondag 5 oktober 2008

Foto's

Lieve mensen,
Ik ga deze week proberen om foto's te publiceren. Heb tot nu toe nog geen succes gehad met mijn verwoedde pogingen om alle apparatuur met elkaar te laten communiceren. Wordt vervolgd dus!

ER

Je moet het toch een keer meemaken, een Amerikaans ziekenhuis.
Ik had al rampverhalen van vrienden van me gehoord, waardoor ik eigenlijk had besloten dit fenomeen aan me voorbij te laten gaan. Maar ja, toen kreeg ik alle symptomen van een blaasontsteking, en tja, daar moet je niet al te licht mee omgaan. Dat had ik dan weer van een andere vriendin geleerd. Dus na het concert (je bent toch in New York en blaasontsteking of niet, als er een leuk concert is ga je daarheen) (alhoewel ik in dit geval werd meegenomen naar Hot Chip, niet echt mijn ding), na het concert gingen we (ik en mijn companen) dus naar de ER. De tocht om het dichtsbijzijnde ziekenhuis te vinden was al een heel gedoe.
Vervolgens werd ik door meneer 1 in de triage genomen (ingecheckt). Mevrouw 1 nam me mee naam mijn cubical (hokje). Mevrouw 2 kwam de administratie doen. Mevrouw 3 kwam me wat spullen brengen (ik moest in zo'n hemd, mijn kleren in een plastic tas, de hele rataplan). Mevrouw 4, waarvan ik vermoed dat het de arts was stelde wat vragen en ging weer weg. Meneer 2 kwam binnen, stelde zich voor als arts, stelde dezelfde vragen en ging weg. Mevrouw 4 kwam terug om te bevestigen dat mijn klachten inderdaad waren wat ik vermoedde. Mevrouw 5 kwam me dischargen (uitchecken), maar zou alles bij de balie leggen, waar uiteindelijk mevrouw 6 me een aardig bedrag in rekening bracht. Daarna moesten we (Rutger was nog over van mijn companen, maar eigenlijk vooral omdat hij in mijn huis sliep) nog naar de apotheek die gelukkig 24-7 (dag in dag uit) open is. En toen waren we uiteindelijk binnen 2 uur al klaar!
Verder gaat het goed overigens hoor, geen paniek. Ik hou van New York en het leven!

woensdag 1 oktober 2008

Gary

Ik liep door Central Park met J, een nieuwe vriend van me. (J is iemand die alles weet over psychedelische drugs, zich helemaal gestort heeft op '911 truth now', en die net vijf jaar in Praag gewoond heeft. Dat op zich beloofde al een interessante dag te worden.) We liepen naar de Strawberry Fields, inderdaad ter nagedachtenis aan John Lennon die om de hoek woonde en vermoord werd, waar ook een plaquette in het pad bij hoorde. Deze was helemaal versierd met bloemen in de vom van het vredesteken. We kwamen er al snel achter dat deze dagelijks worden neergelegd door Gary, een oude hippie, die al vijftien jaar zijn leven wijdt aan de nagedachtenis van John Lennon. 's Ochtends legt hij de bloemen neer (of pompoenen en andere dingen in de winter als bloemen moeilijk te vinden/kopen zijn). Dan zorgt hij de rest van de dag ervoor dat ze er mooi bij liggen (veel toeristen hebben de neiging om er zo dicht bij te staan dat ze verplaatst worden) en loopt hij eens in de zoveel tijd even een klein rondje om een joint te roken. In de buurt van het memorial zijn namelijk een aantal plekken met goed uitzicht waar je 'ze' kan zien aankomen. (de politie en agenten in burger). Gary zit daar niet alleen. Los van wat andere oudere jongeren heeft hij altijd zijn hond, Mary Jane, bij zich. En zijn nieuwe vriendin komt ook regelmatig langs. Om een uur of een 's nachts ruimt hij zijn bloemen op. Gary slaapt niet thuis. Wat hij wel zou willen als hij er een had. Ik denk dat Gary gek zou worden van vier muren om hem heen.

Strolling around

Ik loop me helemaal dood hier. Niet alleen om schoenen te vinden, maar ook gewoon. Alles lijkt maar 'one block away', en soms is het dat ook, maar meestal toch niet. Ik vind het nog steeds bijzonder om langzaam in een nieuwe buurt aan te komen. In tegenstelling tot de metro (waarmee je hup, zomaar in de east village of in chelsea staat) zie je langzaam hoe de buurt verandert en er opeens meer/minder bomen, meer/minder buitenlanders of meer/minder mannen in pak voorbij lopen.
Eergisteren heb ik een dag lang door Central Park gelopen. Gisteren over de pier en het strand bij Coney Island en vandaag is de Upper West side aan de beurt.
Mijn blaren hebben in de afgelopen dagen enorme afmetingen aangenomen, waardoor ik momenteel iets rustiger aan probeer te doen. Maar al lopend leg ik dan ongemerkt toch weer 4 miles (6 km) af.. Al dat lopen heeft trouwens wel een heel groot voordeel: ik voel me absoluut niet schuldig als ik weer eens een overheerlijke muffin of gingercookie naar binnen werk: dat loop ik er morgen wel weer vanaf!

maandag 29 september 2008

Mixed feelings

Ik zal maar beginnen met het bekennen van mijn slechte inpak skills. Ik heb bij mijn voorbereiding vooral gelet op de coolheid van mijn kleren, voor zover ik die heb. Dus ook coole schoenen. Je gaat natuurlijk niet op flinke wandelschoenen door New York lopen..
Los van het feit dat mijn coole schoenen een stuk minder fijn zijn om kilometers op te lopen iedere dag (wat ik doe), blijken ze ook niet helemaal waterdicht te zijn. Dat is bij een buitje niet zo erg, maar wel als het drie dagen regent.
Dus gisteren ging ik op schoenenjacht. En ik hoopte dat dat leuk zou zijn. Maar dat is het in Nederland niet en dus ook niet in New York. Ik geloof dat ik zowat iedere schoenenzaak op Broadway tussen Union Square en Canalstreet van binnen heb gezien (en geloof me, dat zijn er veel), maar er zat niets van mijn gading tussen.
Enerzijds ben ik erg blij met het feit dat ik de meeste schoenen in de rekken sowieso voorbij kan lopen: te hoge hakken. Dat maakt de keuze iets makkelijker. Maar aan de andere kant zou ik willen dat ik er in paste, want jee, wat heb ik veel fijne en mooie schoenen gezien. Gelukkig maar dat ze niet pasten, anders had ik ze allemaal gekocht!
Na uren zoeken (en dus pijnlijke voeten) en duizenden exemplaren te hebben gezien, kan ik het nog maar over een ding hebben...

zaterdag 27 september 2008

Eten

Op zich valt het mee met de grootte van de maaltijden hier.
Ik heb tot nu toe nog maar een keer thuis gekookt, maar aangezien ik toch meestal in de stad ben ligt het voor de hand om ergens iets te eten. In de meeste gevallen krijg ik het niet helemaal op, maar er blijft ook niet echt achterlijk achter.
Vandaag ging ik voor de portobello burger die, toen hij voor mijn neus werd geschoven, er verrukkelijk maar ook enorm uit zag. Ik vreesde wederom dat ik dit niet volledig aan kon. Maar na niet al te lange tijd moest ik tot mijn grote verbazing concluderen dat mijn bordje leeg was. En nu vraag ik me in grote angst af of dat gewoon betekent dat ze in deze diner normale porties serveren, of dat ik langzaam gewend begin te raken aan die grote hoeveelheden?

Muzieksmaak

R en ik hebben dezelfde muzieksmaak.
Dat wil zeggen, ik houd erg van zijn muziek, en hij vast ook. En door hem ben ik andere artiesten gaan luisteren, die met hem hebben samengewerkt, dus die hij ook wel goed zal vinden. Dat bleek gisteren maar weer, toen ik 's avonds bij Joan as a Policewoman was in The Bowery Ballroom. Voordat zij begon speelden overigens de Pierces, die ook niet mis zijn. Joan is geweldig. Ik heb haar in mei in de Melkweg gezien, maar daar speelde ze alleen met drummer en bassiste. Deze keer had ze een blaassectie en violisten erbij. Wederom een geweldig concert dus.
Halverwege keek ik om me heen en sloeg mijn hart wederom over. Ik heb denk ik een radar voor hem, want ook nu zag ik hem direct tussen alle mensen staan. BAM! Daar is hij! Deze keer ben ik braaf geweest en heb ik geen aanstalten gemaakt om in de buurt te komen. Ik werd alleen en vooral blij van het feit dat we deel uit maakten van hetzelfde publiek. Dat gebeurt je toch niet zo snel in Amsterdam, dacht ik maar zo.
Natuurlijk zong hij ook nog mee op het liedje dat hij ook op Joans tweede cd begeleidt. En dat was ook weer fijn om te horen.
O o o, stel je toch voor dat je hier woont en dat je dit altijd kan overkomen!

donderdag 25 september 2008

Metro

Gisteren ging ik na het concert nog even naar WIlliamsburgh, om vrienden in een cafe te ontmoeten. Nadat ik met hen gedronken en gedanst had in de hipste buurt van Brooklyn wilde ik rond een uur of twee wel naar huis.
Dat is makkelijker gezegd dan gedaan. De New Yorkse metro rijdt in principe de hele nacht en stopt meestal, tot grote ergernis van iedereen die er dan nog niet uit hoeft, local: op alle stations.
In mijn geval duurde het even voordat de metro kwam. Wat niet gek is, om 2 uur 's nachts. Maar hierdoor kreeg ik wel het angstige vermoeden dat dit wel eens een lang tripje kon worden. Wat het ook werd.
Ik moest drie keer overstappen en heb er uiteindelijk 2 uur over gedaan om thuis te komen.
Maar ik kreeg hierdoor wel voor het eerst een kijkje achter de mooie New Yorkse schermen. Want in de nacht wordt de metro niet bevolkt door commuters die met hun Ipods of Iphones de weg naar of van werk maken. In de nacht zitten er mensen in de metro die eigenlijk niet ergens naar toe hoeven. Geen huis en geen werk. En die graag een praatje maken. Wat ik gezellig vond, ook al ging het absoluut nergens over.
Een jongen, besmeurd met zwarte vegen en lang haar, had een lange tijd zitten slapen, maar begon nadat hij was wakker geworden aan een tirade over het systeem en de wereld waarbij hij voor ieder normaal woord 'fucking' zei.
Ik vond het een mooi moment. Dat hoort ook bij Amerika, toch?
Vervolgens zag ik dat de Dunkin Donuts op de hoek ook om vier uur 's nachts open is. En dat de man achter de kassa een kopje koffie voor zichzelf had gemaakt.

De man van mijn dromen

Daar was hij dan. De man van mijn dromen.
Hij zat op ongeveer twintig meter afstand, met een vriendin die ik herkende (en ik schaam me, dat ik zijn vrienden herken). Ietsje verderop zat zijn zus, met hun halfzusje, die dan weer momenteel met mijn gastheer muziek maakt. We waren met zijn allen bij het concert van hun vader. Ik had toevallig gelezen van dit concert in een van de vele blaadjes die NY rijk is.
Het was in een minder geslaagde zaal, met veel airco, stom geplaatste tafels en een minimum bestelling van 10 dollar. Aangezien de meeste mensen niet alleen gaan naar dit soort dingen werd ik in eerste instantie achterin geplaatst. Maar uiteindelijk was er een plek aan een tafel met een Schotse familie voor het podium vrij. Ik had al een beetje rondgespeurd naar de familie, want ik wist dat ze ' in town' waren. Halverwege het concert zei de vader dat zijn familie daar zat. En toen zag ik hem. En sloeg mijn hart een slag over.
Zijn hafzusje zong met haar vader mee, en daarna zijn zus. En uiteindelijk ook hijzelf. Op twee meter afstand van waar ik zat.
Na afloop van het concert signeerde zijn vader cd's, maar was er ook een aanloopje bij zijn kinderen. Mensen wilden met hen op de foto, waar ze braaf gehoor aan gaven. Ik keek van een afstandje toe.
Tijdens het concert had ik al een discussie met mezelf gevoerd over het al dan niet aanspreken van een van de familieleden. Vrienden weten dat ik die neiging nogal heb in Nederland. Maar dat is Nederland. En terwijl ik daar stond wilde ik er geen deel van uit maken, maar kon ik ook niet niets doen. Dus ik keek toe. En toen liep hij langs me. Hij raakte zelfs mijn tas aan. En ik zei niets. Hij liep terug (langs me) en nam zijn zus bij de hand. Terwijl ze weer voorbij liepen bedankte ik haar voor haar muziek. Heel snel, tussendoor. Ze lachte beleefd, zei thank you en liep door. En ik voelde me stom. Dat ik er toch deel van had uit gemaakt.
Het concert was overigens geweldig.

dinsdag 23 september 2008

Moma

Als je in New York bent kan je de grote bezienswaardigheden niet overslaan. Dat kan gewoon niet.
Dus gisteren was het Moma-dag. Gelukkig ging ik er naar toe met iemand die niet vies is van educatieve opmerkingen over kunst. Dus terwijl we ons laafden aan Van Goghs, Dali's, Picasso's, Brackes en noem maar even alle namen die je kunt bedenken uit de geschiedenis van de moderne kunst, kreeg ik terloopse opmerkingen over het kubisme en grote Amerikaanse schilders.
Het was best druk, we moesten ons soms letterlijk tussen de groepen kunstgeschiedenisstudenten, toeristen met audiotours tegen hun oor gedrukt en rijke Amerikanen die een tour kregen door wurmen.
Wat me gedurende de drie uur durende wandeling geleidelijk steeds meer ging storen was dat er een groot aantal mensen was dat, in plaats van voor een schilderij stil te staan en het te bekijken, ervoor ging staan, de camera omhoog richtte, een foto maakte en doorliep.
Nu had ik dat vorig jaar in China ook al gezien, maar toen had ik het geweten aan de vreemde Aziatische cultuur, die anders is dan de onze en waar ik niets van hoefde te begrijpen. Maar nu dus dit. Wij doen het ook. En ik begrijp het niet.

Zondag

Op zondagochtend ga ik na een kopje thee op pad.
Met de train (metro) ga ik naar Brooklyn Heights, de buurt waar ik later, als ik groot ben, ga wonen. Ik zwerf door de brede straten, maak foto's van Manhattan aan de overkant van het water en lunch met een large latte and wafels. Op het terras lees ik in de New York Times Sunday edition onder andere over de come-back van de Muppets die door Disney opnieuw in de markt worden gezet (de kinderen van tegenwoordig schijnen niet te weten wie Miss Piggy is).
Na de lunch loop ik door naar Dumbo, het gebied onder de Brooklyn Bridge om rond half vier de train naar Manhattan te nemen. Naar Bryant Park om precies te zijn, want daar heb ik afgespoken met Fen, die in het CREA Cafe werkt. We drinken koffie in het park en checken op het wireless internet (want tuurlijk heb ik mijn laptop bij me) de mail. Daarna gaan we richting East Village, waar we met wat andere mensen gaan eten, om uiteindelijk te eindigen in een kroeg waar een band veel lawaai maakt.
Met andere woorden: zo'n typische zondag.

zaterdag 20 september 2008

Kont

Ik loop in Brooklyn langs een redelijk drukke weg. Stoplichten, veel auto's, veel mensen.
Terwijl ik langs een grote terreinwagen loop draait een van de zwarte dames in de auto het raampje omlaag en roept over straat: 'yeah! white girl has ass! you go girl!'. Het duurt even voordat ik door heb dat het om mij gaat. Dan buigt ook de berijdster zich naar het raampje: 'look at that! shake it baby!' Heupwiegend (lees:kontdraaiend) loop ik door. En moet ik vijf blokken lang hardop lachen.

Never leave without a phonenumber!

Les 1 in New York, ongevraagd edoch herhaaldeijk gekregen van de taxichauffeur die me van het vliegveld naar 'huis' bracht: 'never ever go somewhere without taking a phonenumber!'.

Ik dacht namelijk dat het wel voldoende zou zijn om gewoon een adres te hebben. Zo van: hier moet ik naar toe, kan jij daarheen rijden en mij daar afzetten? Maar hij wist dus niet precies waar het was. En toen wilde hij bellen, want dan kon hij de kortste route vragen.
Toen hij na drie keer herhalen eindelijk begreep dat ik geen nummer bij me had vroeg hij me of ik al eens eerder op reis was geweest? En hoe ik dat dan gedaan had, zo zonder nummer? Nou ja, gewoon dus. Aan iemand de weg vragen of met een taxi gaan die de weg weet...Waarna hij me begon uit te leggen dat dat toch echt niet meer kon, want stel nou dat die persoon er niet was, hoe moest dat dan? Hijzelf kwam uit Senegal (nou dus! Jullie redden je toch ook zonder telefoons?) en hij had altijd een nummer bij zich.

Uiteindelijk hebben we het toch gevonden. Samen. En met hulp van de computer.
En toen was ik er.